ECLI:NL:RVS:2025:5028
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot verblijfsvergunning
Op 22 oktober 2025 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om voorlopige voorziening. De zaak betreft een aanvraag van de verzoeker om een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, die door de minister van Asiel en Migratie op 16 april 2025 was afgewezen. De rechtbank Den Haag, zittingsplaats Arnhem, verklaarde op 29 september 2025 het beroep van verzoeker ongegrond. Hierop heeft verzoeker hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening, zodat hij niet zou worden uitgezet voordat er op het hoger beroep was beslist.
De voorzieningenrechter heeft de verzoeken van verzoeker in overweging genomen en besloten een voorlopige voorziening te treffen. Dit houdt in dat verzoeker niet mag worden uitgezet totdat er een beslissing is genomen op het hoger beroep. Daarnaast is de minister van Asiel en Migratie veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van verzoeker, die zijn opgekomen in verband met de behandeling van het verzoek. De totale kosten zijn vastgesteld op € 907,00, welke geheel toe te rekenen zijn aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 22 oktober 2025.