ECLI:NL:RVS:2025:4834
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak tegen minister van Asiel en Migratie
Op 7 oktober 2025 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan op een verzoek om een voorlopige voorziening in een asielzaak. Verzoekster had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, welke door de minister van Asiel en Migratie op 31 januari 2025 niet-ontvankelijk was verklaard. Hiertegen had verzoekster beroep aangetekend bij de rechtbank Den Haag, die op 5 september 2025 het beroep ongegrond verklaarde. Verzoekster ging in hoger beroep en vroeg de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft op 6 oktober 2025 het hoger beroep van verzoekster behandeld en besloten dat er geen voorlopige voorziening getroffen hoeft te worden. Het verzoek om een voorlopige voorziening is afgewezen, en de minister hoeft geen proceskosten te vergoeden. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 7 oktober 2025, waarbij mr. C.J. Borman als voorzieningenrechter en mr. D.I. van Kesteren als griffier aanwezig waren.