ECLI:NL:RVS:2025:4376
Raad van State
- Mondelinge uitspraak
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen besluit Educatieve Maatregel Gedrag en Verkeer opgelegd door het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen
Op 5 september 2025 heeft de Raad van State uitspraak gedaan in het hoger beroep van [appellant] tegen een besluit van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR). Het CBR had op 23 februari 2024 aan [appellant] een Educatieve Maatregel Gedrag en Verkeer (EMG) opgelegd, naar aanleiding van een melding van de politie over zijn rijgedrag. Het bezwaar van [appellant] tegen dit besluit werd op 31 mei 2024 door het CBR ongegrond verklaard. Hierop volgde een beroep bij de rechtbank Noord-Holland, die op 27 maart 2025 het beroep van [appellant] tegen het besluit van het CBR eveneens ongegrond verklaarde.
In de mondelinge uitspraak bevestigde de Afdeling van de Raad van State de eerdere uitspraak van de rechtbank. De Afdeling oordeelde dat de gronden die [appellant] in hoger beroep aanvoerde grotendeels een herhaling waren van zijn eerdere argumenten. De rechtbank had deze gronden uitvoerig gemotiveerd behandeld en de Afdeling vond geen aanknopingspunten om het oordeel van de rechtbank als onjuist of onvolledig te beschouwen. Het hoger beroep werd dan ook ongegrond verklaard, en het CBR werd niet verplicht om proceskosten te vergoeden.