ECLI:NL:RVS:2025:2914
Raad van State
- Voorlopige voorziening+bodemzaak
- H.G. Sevenster
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep en verzoek om voorlopige voorziening in asielzaak
In deze zaak heeft de minister van Asiel en Migratie op 8 mei 2025 een aanvraag van de appellant om een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd opnieuw niet in behandeling genomen. De rechtbank heeft op 10 juni 2025 het beroep van de appellant ongegrond verklaard. De appellant, vertegenwoordigd door mr. F.S. Boedhoe, heeft hoger beroep ingesteld tegen deze uitspraak en verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 30 juni 2025 uitspraak gedaan. De voorzieningenrechter oordeelt dat het hoger beroep niet-ontvankelijk is, omdat de appellant niet heeft uitgelegd waarom de uitspraak van de rechtbank volgens hem onjuist is. Hierdoor kan de Afdeling geen inhoudelijk oordeel geven over het hoger beroep. Het verzoek om een voorlopige voorziening wordt afgewezen, en de minister hoeft geen proceskosten te vergoeden. De uitspraak is gedaan door mr. H.G. Sevenster, in tegenwoordigheid van mr. S.P.M. Zwinkels, griffier.