ECLI:NL:RVS:2025:2869

Raad van State

Datum uitspraak
26 juni 2025
Publicatiedatum
26 juni 2025
Zaaknummer
202403062/2/A2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Verschoning
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek om verschoning van staatsraad mr. B.P. Vermeulen in verband met mogelijke belangenverstrengeling

In de zaak met nummer 202403062/1/A2, die op 2 juli 2025 op zitting zal worden behandeld, heeft staatsraad mr. B.P. Vermeulen op 25 juni 2025 een verzoek ingediend om zich te mogen verschonen. Dit verzoek is gedaan omdat hij als lid van de Afdeling advisering van de Raad van State heeft geadviseerd over wetsvoorstellen die hebben geleid tot de Huisvestingswet 2014 en de wijziging van deze wet, die in 2024 in werking is getreden. De staatsraad heeft aangegeven dat de rechtsvragen in de lopende zaak mogelijk overlappen met de adviezen die hij heeft gegeven, wat kan leiden tot schijn van vooringenomenheid bij de behandeling van het hoger beroep.

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft het verzoek om verschoning in overweging genomen. Volgens artikel 8:19 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) kan een rechter zich verschonen op basis van feiten en omstandigheden die de onpartijdigheid in gevaar kunnen brengen. De Afdeling heeft vastgesteld dat de motivering van de staatsraad voldoende is om het verzoek te honoreren.

Op 26 juni 2025 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak besloten het verzoek van staatsraad mr. B.P. Vermeulen toe te wijzen, waarmee hij zich officieel heeft verschonend van de behandeling van de zaak. De beslissing is genomen door de voorzitter E.A. Minderhoud en de leden H.G. Sevenster en A. ten Veen, in aanwezigheid van griffier mr. N.D.T. Pieters. De uitspraak is openbaar gemaakt op dezelfde datum.

Uitspraak

202403062/2/A2.
Datum beslissing: 26 juni 2025
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Beslissing op het verzoek om verschoning (ex artikel 8:19 van de Algemene wet bestuursrecht; hierna: de Awb) van:
mr. B.P. Vermeulen
Procesverloop
Ten aanzien van zaak nr. 202403062/1/A2, die op 2 juli 2025 op zitting zal worden behandeld, heeft staatsraad mr. B.P. Vermeulen (hierna: de staatsraad), die als lid van de meervoudige kamer belast is met de behandeling van deze zaak, op 25 juni 2025 het verzoek gedaan zich te mogen verschonen.
Overwegingen
1.       Ingevolge artikel 8:19, eerste lid, van de Awb kan op grond van feiten en omstandigheden als bedoeld in artikel 8:15 elk van de rechters die een zaak behandelen, verzoeken zich te mogen verschonen.
In artikel 8:15 is bepaald dat op verzoek van een partij elk van de rechters die een zaak behandelen, kan worden gewraakt op grond van feiten en omstandigheden waardoor de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden.
2.       De staatsraad heeft te kennen gegeven dat bij de voorbereiding van bovenvermelde zaak is gebleken dat hij als lid van de Afdeling advisering van de Raad van State heeft geadviseerd over de wetsvoorstellen die geleid hebben tot de Huisvestingswet 2014 en tot de wijziging van die wet, in werking getreden in 2024. De rechtsvragen die in de bovengenoemde zaak bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State voorliggen, hebben mogelijk overlap met de adviezen die de Afdeling advisering over de betreffende wetsvoorstellen heeft gegeven. Om iedere schijn van vooringenomenheid bij de behandeling van het hoger beroep te voorkomen, heeft de staatsraad verzocht zich te mogen verschonen.
3.       De Afdeling acht, gezien deze motivering, inwilliging van het verzoek gerechtvaardigd.
4.       Gelet op het vorenstaande, wordt het verzoek toegewezen.
Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
wijst het verzoek toe.
Aldus vastgesteld door E.A. Minderhoud, voorzitter, en mr. H.G. Sevenster en mr. A. ten Veen, leden, in tegenwoordigheid van mr. N.D.T. Pieters, griffier.
w.g. Minderhoud
voorzitter
w.g. Pieters
griffier
Uitgesproken in het openbaar op 26 juni 2025
473