ECLI:NL:RVS:2025:2702
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot verblijfsvergunning
Op 2 oktober 2024 heeft de minister van Asiel en Migratie een aanvraag van verzoeker om een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd afgewezen. Verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld bij de rechtbank, die op 20 mei 2025 het beroep ongegrond heeft verklaard. Tegen deze uitspraak heeft verzoeker hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 17 juni 2025 uitspraak gedaan op het verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoeker heeft verzocht om niet te worden uitgezet totdat op het hoger beroep is beslist en om opvang en verstrekkingen te ontvangen. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat verzoeker niet mag worden uitgezet totdat er een beslissing is genomen op het hoger beroep. Tevens is de minister veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van verzoeker, die zijn opgekomen in verband met de behandeling van het verzoek. De proceskosten zijn vastgesteld op € 907,00, geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand.