ECLI:NL:RVS:2025:2111
Raad van State
- Hoger beroep
- J.C.A. de Poorter
- W.M. Vos
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag inzake bewaring van appellant door de minister van Asiel en Migratie
Op 11 maart 2025 heeft de minister van Asiel en Migratie appellant in bewaring gesteld. Appellant heeft hiertegen beroep ingesteld bij de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Middelburg. De rechtbank heeft op 26 maart 2025 het beroep ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. Appellant, vertegenwoordigd door mr. S.C. van Paridon, heeft vervolgens hoger beroep ingesteld tegen deze uitspraak.
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 8 mei 2025 uitspraak gedaan in het hoger beroep. De Afdeling oordeelt dat het hoger beroep niet leidt tot vernietiging van de uitspraak van de rechtbank. De rechtbank heeft terecht en op goede gronden geoordeeld. De Afdeling neemt de motivering van de rechtbank over en concludeert dat er geen vragen zijn die in het belang van de rechtseenheid, rechtsontwikkeling of rechtsbescherming beantwoord moeten worden.
De Afdeling ziet ook ambtshalve geen reden om de bewaring onrechtmatig te achten. Het hoger beroep is ongegrond en de Afdeling bevestigt de uitspraak van de rechtbank. De minister van Asiel en Migratie hoeft geen proceskosten te vergoeden. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 8 mei 2025.