ECLI:NL:RVS:2025:1640
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in het bestuursrechtelijke hoger beroep tegen bewaring door de minister van Asiel en Migratie
Op 14 maart 2025 heeft de minister van Asiel en Migratie verzoeker in bewaring gesteld. Verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld bij de rechtbank, die op 3 april 2025 het beroep ongegrond verklaarde en het verzoek om schadevergoeding afwees. Verzoeker heeft vervolgens hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 10 april 2025 uitspraak gedaan op dit verzoek. De voorzieningenrechter overweegt dat het verzoeker erom gaat te voorkomen dat hij wordt uitgezet voordat er op het hoger beroep is beslist. Ondanks de verwachting dat verzoeker binnenkort zal worden uitgezet, wordt de uitzetting niet verboden in deze bewaringsprocedure. De voorzieningenrechter toetst enkel of de vrijheid van verzoeker rechtmatig is ontnomen. De voorzieningenrechter wijst het verzoek af en oordeelt dat de minister geen proceskosten hoeft te vergoeden.