ECLI:NL:RVS:2025:1504
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening tegen besluit tot sluiting van woning door burgemeester van Purmerend
Op 7 april 2025 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan op een verzoek om een voorlopige voorziening. Dit verzoek was ingediend door [verzoekster], die woonachtig is in Purmerend, tegen een besluit van de burgemeester van Purmerend. De burgemeester had op 23 december 2024 besloten om de woning van [verzoekster] voor de duur van één maand te sluiten. Dit besluit volgde op een eerdere beslissing waarbij het bezwaar van [verzoekster] tegen de sluiting ongegrond was verklaard. De rechtbank Noord-Holland had op 26 februari 2025 het beroep van [verzoekster] tegen deze beslissing eveneens ongegrond verklaard, waarna [verzoekster] hoger beroep instelde en verzocht om een voorlopige voorziening.
De zitting vond plaats op 6 maart 2025, waar [verzoekster] werd bijgestaan door haar advocaat, mr. R.S. Pot, en de burgemeester werd vertegenwoordigd door mr. L.C. Dankbaar en E. Tiggers. Na de zitting heeft de voorzieningenrechter het onderzoek heropend om nadere inlichtingen bij de burgemeester in te winnen. Uiteindelijk hebben partijen overeenstemming bereikt over de sluiting van de woning, waarbij [verzoekster] ervoor koos om haar woning vrijwillig voor vier weken te sluiten. Gezien deze overeenkomst heeft de voorzieningenrechter geoordeeld dat er geen spoedeisend belang meer was voor het treffen van een voorlopige voorziening, en heeft het verzoek afgewezen. De burgemeester hoeft geen proceskosten te vergoeden.