ECLI:NL:RVS:2025:1498

Raad van State

Datum uitspraak
4 april 2025
Publicatiedatum
4 april 2025
Zaaknummer
202500213/4/A2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Verschoning
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek om verschoning van staatsraad mr. B.P. Vermeulen in zaak tegen Radboud Universiteit

In de zaak met nummer 202500213/4/A2, die op 8 april 2025 op zitting zal worden behandeld, heeft staatsraad mr. B.P. Vermeulen op 3 april 2025 een verzoek ingediend om zich te mogen verschonen. Dit verzoek is gedaan in het kader van artikel 8:19 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), dat de mogelijkheid biedt voor rechters om zich te verschonen op basis van feiten en omstandigheden die de onpartijdigheid zouden kunnen schaden. De staatsraad heeft aangegeven dat hij bij de voorbereiding van de zaak heeft vastgesteld dat het college van bestuur van de Radboud Universiteit, waar hij meer dan 35 jaar aan de faculteit der rechtsgeleerdheid verbonden is geweest en nog steeds als emeritus hoogleraar aan verbonden is, een van de partijen is. Om elke schijn van vooringenomenheid te vermijden, heeft hij verzocht om verschoning. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft het verzoek op 4 april 2025 toegewezen, waarbij de motivering van de staatsraad als gerechtvaardigd werd beschouwd. De beslissing werd genomen door de Afdeling, bestaande uit voorzitter mr. E.A. Minderhoud en de leden mr. J.H. van Breda en mr. H.J.M. Besselink, in aanwezigheid van griffier mr. M.A. Huizer. De uitspraak werd openbaar gemaakt op dezelfde datum.

Uitspraak

202500213/4/A2.
Datum beslissing: 4 april 2025
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Beslissing op het verzoek om verschoning (artikel 8:19 van de Algemene wet bestuursrecht; hierna: Awb) van:
mr. B.P. Vermeulen.
Procesverloop
Ten aanzien van zaak nr. 202500213/4/A2, die op 8 april 2025 op zitting zal worden behandeld, heeft staatsraad mr. B.P. Vermeulen (hierna: de staatsraad), die als lid van de meervoudige kamer belast is met de behandeling van deze zaak, op 3 april 2025 het verzoek gedaan zich te mogen verschonen.
Overwegingen
1.       Ingevolge artikel 8:19, eerste lid, van de Awb kan op grond van feiten en omstandigheden als bedoeld in artikel 8:15 van de Awb elk van de rechters die een zaak behandelen, verzoeken zich te mogen verschonen.
2.       In artikel 8:15 is bepaald dat op verzoek van een partij elk van de rechters die een zaak behandelen, kan worden gewraakt op grond van feiten en omstandigheden waardoor de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden.
3.       De staatsraad heeft te kennen gegeven dat hij bij de voorbereiding van deze zaak heeft geconstateerd dat het college van bestuur van de Radboud Universiteit een van de partijen is. De staatsraad is meer dan 35 jaar aan de faculteit der rechtsgeleerdheid van de Radboud Universiteit verbonden geweest en is nog als emeritus hoogleraar verbonden aan de faculteit. Om iedere schijn van vooringenomenheid bij de behandeling van deze zaak te voorkomen, heeft de staatsraad verzocht zich te mogen verschonen.
4.       De Afdeling acht, gezien deze motivering, inwilliging van het verzoek gerechtvaardigd.
5.       Gelet op het vorenstaande, wordt het verzoek toegewezen.
Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
wijst het verzoek toe.
Aldus vastgesteld door mr. E.A. Minderhoud, voorzitter, en mr. J.H. van Breda en mr. H.J.M. Besselink, leden, in tegenwoordigheid van mr. M.A. Huizer, griffier.
w.g. Minderhoud
voorzitter
w.g. Huizer
griffier
Uitgesproken in het openbaar op 4 april 2025
987