ECLI:NL:RVS:2024:869

Raad van State

Datum uitspraak
4 maart 2024
Publicatiedatum
29 februari 2024
Zaaknummer
202307355/2/R1
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
  • G.T.J.M. Jurgens
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorlopige voorziening inzake bestemmingsplan uitbreiding bedrijventerrein Flevokust Haven Zuid en de uitbreidingsmogelijkheden van 3D Metal Forming B.V.

Op 4 maart 2024 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een voorlopige voorzieningenprocedure tussen 3D Metal Forming B.V. en de raad van de gemeente Lelystad. Het geschil betreft het bestemmingsplan "Uitbreiding Flevokust Haven Zuid", dat op 17 oktober 2023 door de raad is vastgesteld. Dit plan maakt een uitbreiding van het bedrijventerrein Flevokust Haven mogelijk, met een oppervlakte van ongeveer 26 hectare, bestemd voor havengebonden bedrijven. 3D Metal Forming B.V. heeft bezwaar gemaakt tegen dit besluit, omdat zij van mening is dat de raad onvoldoende rekening heeft gehouden met haar uitbreidingsmogelijkheden op de locatie. 3D Metal Forming is gevestigd aan de Karperweg 8 in Lelystad en heeft plannen voor de realisatie van een opslag voor ontplofbare stoffen, die volgens hen essentieel is voor de uitbreiding van hun productiecapaciteit. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de raad bij de vaststelling van het bestemmingsplan rekening heeft gehouden met de gefaseerde uitbreiding van 3D Metal Forming, zoals beschreven in het plan-MER. De voorzieningenrechter oordeelt dat de raad niet verplicht was om rekening te houden met andere uitbreidingsmogelijkheden die niet concreet zijn gemaakt. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen, omdat de nadelige gevolgen van het bestemmingsplan voor 3D Metal Forming niet onevenredig zijn in verhouding tot de doelen van het plan. De raad hoeft de proceskosten niet te vergoeden.

Uitspraak

202307355/2/R1.
Datum uitspraak: 4 maart 2024
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen:
3D Metal Forming B.V., gevestigd te Lelystad,
verzoekster,
en
de raad van de gemeente Lelystad,
verweerder.
Procesverloop
Tegen dit besluit heeft 3D Metal Forming beroep ingesteld.
3D Metal Forming heeft de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
De raad heeft een verweerschrift ingediend.
Bol.com B.V. heeft een schriftelijke uiteenzetting gegeven.
3D Metal Forming en de raad hebben nadere stukken ingediend.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek op een zitting behandeld op 22 februari 2024, waar zijn verschenen:
- 3D Metal Forming, vertegenwoordigd door mr. H.A. Pasveer, advocaat te Enschede, vergezeld door [gemachtigde A], [gemachtigde B] en [gemachtigde C];
- de raad, vertegenwoordigd door mr. J.A.M. van der Velden, advocaat te Breda, vergezeld door mr. H. van Hoey Smith;
- Bol.com, vertegenwoordigd door mrs. J.J.D. Boersma en R.J. de Heer, beiden advocaat te Amsterdam, vergezeld door [gemachtigde D] en [gemachtigde E].
Overwegingen
1.       Het oordeel van de voorzieningenrechter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.
Overgangsrecht inwerkingtreding Omgevingswet
2.       Het ontwerpplan is op 8 juni 2023 ter inzage gelegd. Dat betekent dat op grond van artikel 4.6, derde lid, van de Invoeringswet Omgevingswet op deze procedure het recht zoals dat gold vóór 1 januari 2024, van toepassing blijft.
Inleiding
3.       Het bestemmingsplan maakt een uitbreiding van bedrijventerrein Flevokust Haven, ten noorden van Lelystad, mogelijk. Het kent aan gronden met een oppervlakte van ongeveer 26 ha de bestemming "Bedrijventerrein" toe. De gronden met deze bestemming zijn bestemd voor havengebonden bedrijven genoemd in bijlage 1 bij de regels onder de categorieën 3.1 en 3.2, alsmede naar de aard en de invloed op de omgeving daarmee gelijk te stellen bedrijven. Daarnaast voorziet het plan in de realisatie van wegen, openbaar groen en nieuwe natuur.
4.       Bol.com is voornemens om een nieuw distributiecentrum te realiseren op de gronden met de bestemming "Bedrijventerrein".
5.       Het plangebied grenst aan de bedrijfslocatie van 3D Metal Forming aan de Karperweg 8. 3D Metal Forming vervaardigt hoogwaardige metalen onderdelen en componenten met toepassing van explosieven. 3D Metal Forming slaat daarvoor ontplofbare stoffen op binnen haar bedrijf. Sinds 2012 is zij op deze locatie gevestigd. De raad heeft daarvoor bij besluit van 5 maart 2013 het bestemmingsplan "Lelystad - bedrijfslocatie Karperweg 8" vastgesteld. In samenhang met dat bestemmingsplan is een plan-MER opgesteld. In het plan-MER zijn de milieueffecten van de beoogde gefaseerde uitbreiding van 3D Metal Forming onderzocht. Die beoogde uitbreiding omvat de realisatie van vijftien bunkers voor de opslag van ontplofbare stoffen, waarvan er inmiddels één is vergund en gerealiseerd.
6.       Het geschil in deze voorlopige voorzieningenprocedure spitst zich toe op de vraag of de raad bij de vaststelling van het voorliggende plan voldoende rekening heeft gehouden met de uitbreidingsmogelijkheden van 3D Metal Forming op deze locatie.
De beoordeling van het verzoek
7.       3D Metal Forming betoogt dat zij als gevolg van het bestreden besluit een voornemen om haar bedrijf op eigen terrein uit te breiden niet meer kan realiseren. Haar voornemen bestaat uit de realisatie van een opslag voor ontplofbare stoffen aan de westzijde van haar bedrijf. Zij voert aan dat de bouw van deze opslag van groot belang is voor de uitbreiding van haar productiecapaciteit op deze locatie en dat dit voornemen al op 15 november 2019 aan het gemeentebestuur is gepresenteerd. Vervolgens is dit voornemen geconcretiseerd en vertrouwelijk bij e-mail van 13 oktober 2023 aan een betrokken ambtenaar toegezonden. De uitvoering van dit voornemen wordt onmogelijk gemaakt door het bestreden besluit, omdat het bestreden besluit de bouw van een beperkt kwetsbaar object binnen de b-zone, als bedoeld in de ‘Circulaire opslag ontplofbare stoffen voor civiel gebruik’ van 19 juli 2006 (hierna: de Circulaire), van de voorgenomen opslag mogelijk maakt. De raad heeft bij de vaststelling van het bestreden besluit ten onrechte de bestaande planologische mogelijkheid om deze opslag te realiseren niet onderkend en ook onvoldoende gewicht toegekend aan het belang bij realisatie van deze opslag, aldus 3D Metal Forming.
7.1.    De raad stelt dat het door 3D Metal Forming bedoelde voornemen tot realisatie van een opslag voor ontplofbare stoffen aan de westzijde van haar locatie hem niet bekend was bij de vaststelling van het plan. De raad heeft bij de vaststelling wel rekening gehouden met de gefaseerde uitbreiding, zoals die in het plan-MER bij het bestemmingsplan "Lelystad - bedrijfslocatie Karperweg 8" is beschreven en waarvan de milieugevolgen zijn onderzocht en beoordeeld. Aan de gronden binnen de b-zone heeft de raad daarvoor de aanduiding "veiligheidszone - bevi" toegekend, en aan de gronden binnen de c-zone heeft de raad de aanduiding "overige zone - gebouwen" toegekend.
7.2.    Ingevolge artikel 3.3 van de planregels van het voor 3D Metal Forming geldende bestemmingsplan "Lelystad - bedrijfslocatie Karperweg 8" wordt tot een strijdig gebruik gerekend het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van opslagmagazijnen voor ontplofbare stoffen, voorzover niet wordt voldaan aan de afstanden zoals opgenomen in Bijlage 3, met dien verstande dat de plangrens aan de noordwest- en noordoostzijde niet wordt overschreden. In bijlage 3 bij de planregels is bijlage I bij de Circulaire overgenomen. Deze bijlage bevat een tabel met afstanden, waarbij wordt uitgegaan van enkelvoudige opslag van ontplofbare stoffen van dezelfde subklasse en compatibiliteitsgroep in een lichte gebouwconstructie. Daarnaast staat in deze bijlage dat voor onder meer andere gebouwconstructies een onderbouwde keuze voor de aan te houden afstand moet worden gemaakt.
Op de zitting is vastgesteld dat het, gelet op de in de tabel opgenomen afstanden, niet mogelijk is om een opslagmagazijn van enige omvang te realiseren op de bedrijfslocatie van 3D Metal Forming zonder het hier bedoelde maatwerk toe te passen. De zones uit bijlage 3 bij de planregels mogen de noordelijke plangrens immers niet overschrijden en ook op eigen terrein mogen geen beperkt kwetsbare objecten binnen de b-zone aanwezig zijn.
7.3.    De voorzieningenrechter stelt vast dat de raad met de belangen van 3D Metal Forming rekening heeft gehouden door de in het plan-MER beschreven gefaseerde uitbreiding tot vijftien opslagmagazijnen voor ontplofbare stoffen te verdisconteren in het bestreden besluit. Tussen partijen is niet in geschil dat het bestreden besluit daarmee niet in de weg staat aan de uitbreiding van de bedrijfsactiviteiten overeenkomstig het plan-MER. De voorzieningenrechter ziet geen aanleiding voor het oordeel dat de raad ook rekening had moeten houden met andere door 3D Metal Forming gewenste uitbreidingsmogelijkheden. Op grond van de voor 3D Metal Forming geldende planregeling is de mogelijkheid om ook een opslagmagazijn aan de westzijde van het bedrijf te realiseren alleen op basis van maatwerk inzichtelijk te maken. De voorzieningenrechter leest in de presentatie van 15 november 2019 geen concreet voornemen om aan de westzijde een opslagmagazijn voor ontplofbare stoffen te realiseren. Ook de zienswijze over het ontwerpplan bevat geen concreet voornemen. De genoemde e-mail van 13 oktober 2023 heeft 3D Metal Forming niet overgelegd omdat deze bedrijfsvertrouwelijke informatie zou bevatten. Deze e-mail is volgens haar vier dagen voor de vaststelling van het plan aan een betrokken ambtenaar gezonden. De raad heeft op de zitting evenwel medegedeeld deze e-mail niet te kennen en dat hij daarmee dus geen rekening kon houden. Op de zitting heeft 3D Metal Forming verder aangevoerd dat de realisatie van het beoogde opslagmagazijn aan de westzijde van haar bedrijf wenselijk is om het aantal transporten van ontplofbare stoffen over haar terrein te beperken. Zij heeft evenwel niet onderbouwd dat deze beperking van het aantal transporten ook noodzakelijk is. De in het plan-MER onderzochte uitbreiding omvatte ook de uitbreiding met een productiefaciliteit op deze locatie en bij die voorgenomen uitbreiding is ook geen opslagmagazijn aan de westzijde van het perceel voorzien. 3D Metal Forming heeft niet geconcretiseerd dat zij zonder het beoogde opslagmagazijn aan de westzijde de gewenste productiecapaciteit op deze locatie helemaal niet meer kan realiseren. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter zijn de nadelige gevolgen van het plan voor de belangen van 3D Metal Forming dan ook niet onevenredig in verhouding tot de met het plan te dienen doelen in het licht van de uitbreidingsmogelijkheden die 3D Metal Forming nog steeds heeft. Gelet hierop mocht de raad naar het oordeel van de voorzieningenrechter in zijn afweging een groter gewicht toekennen aan de belangen die zijn gemoeid met de uitbreiding van het bedrijventerrein Flevokust Haven dan aan het belang van 3D Metal Forming bij behoud van andere uitbreidingsmogelijkheden dan die in het plan-MER zijn beschreven.
7.4.    Ook de overige beroepsgronden geven de voorzieningenrechter geen aanleiding om een voorlopige voorziening te treffen. Het genoemde gebrek in artikel 13.4 van de planregels leent zich voor herstel in de hoofdzaak. Daarnaast strekken de door 3D Metal Forming ingeroepen regels van de Wet natuurbescherming niet tot de bescherming van haar belangen, zodat deze beroepsgrond, gelet op artikel 8:69a van de Algemene wet bestuursrecht, in de hoofdzaak niet kan leiden tot vernietiging van het bestreden besluit.
7.5.    In de betrokken belangen ziet de voorzieningenrechter ook overigens geen aanleiding om een voorlopige voorziening te treffen. Bol.com heeft op de zitting verklaard dat op korte termijn nog geen aanvraag om een vergunning zal worden ingediend; zij heeft op de zitting een termijn van 14 maanden genoemd voor het voorbereiden en het indienen van een aanvraag. 3D Metal Forming heeft op de zitting toegelicht dat het ontwerp van de door haar voorgenomen opslag nog moet worden gevalideerd. Ook is de opslag voorzien op gronden die nog door de gemeente in erfpacht moeten worden uitgegeven. Op korte termijn dreigen er dus ook geen onomkeerbare gevolgen.
Conclusie
8.       Gelet op het voorgaande bestaat aanleiding om het verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening af te wijzen.
9.       De raad hoeft de proceskosten niet te vergoeden.
Beslissing
De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
wijst het verzoek af.
Aldus vastgesteld door mr. G.T.J.M. Jurgens, voorzieningenrechter, in tegenwoordigheid van mr. W.M. Boer, griffier.
w.g. Jurgens
voorzieningenrechter
w.g. Boer
griffier
Uitgesproken in het openbaar op 4 maart 2024
745