ECLI:NL:RVS:2024:4676
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot beëindiging opvang vreemdeling
Op 9 april 2024 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van een vreemdeling voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd afgewezen. De vreemdeling heeft hiertegen beroep ingesteld bij de rechtbank, die op 22 oktober 2024 het beroep ongegrond heeft verklaard. Tegen deze uitspraak heeft de vreemdeling hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 14 november 2024 uitspraak gedaan op dit verzoek. De vreemdeling vroeg om de voorgenomen beëindiging van de opvang op 15 november 2024 achterwege te laten, omdat de noodzakelijke stukken voor de beoordeling van het hoger beroep nog niet waren ontvangen. De voorzieningenrechter heeft besloten om bij wijze van ordemaatregel de voorlopige voorziening te treffen, zodat de opvang niet beëindigd zal worden totdat de stukken zijn ontvangen en er een definitieve beslissing kan worden genomen. Daarnaast heeft de voorzieningenrechter de minister van Asiel en Migratie veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van de vreemdeling, die zijn opgelopen tot € 875,00, geheel toe te rekenen aan beroepsmatige rechtsbijstand. Deze beslissing is openbaar uitgesproken op 14 november 2024.