ECLI:NL:RVS:2024:4657

Raad van State

Datum uitspraak
11 november 2024
Publicatiedatum
15 november 2024
Zaaknummer
202300428/1/R2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Mondelinge uitspraak
Rechters
  • J. Gundelach
  • J.E.H.J. Vollaers
  • E. Steinz
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen besluit gemeenteraad Boekel inzake bestemmingsplan 'Veegplan Kommen'

In deze zaak gaat het om een beroep tegen het besluit van de gemeenteraad van Boekel, dat op 23 november 2022 het bestemmingsplan 'Veegplan Kommen' heeft vastgesteld. Dit bestemmingsplan maakt verschillende initiatieven mogelijk in de gebieden Boekel en Venhorst. In het ontwerp van het bestemmingsplan was een plandeel opgenomen voor de locatie Zandhoek 1B in Boekel, maar deze locatie is in het definitieve plan niet meegenomen. De appellant stelt dat het bestemmingsplan ten onrechte geen betrekking heeft op de gronden aan de Zandhoek 1B en dat er niet inhoudelijk op zijn zienswijze is gereageerd.

De mondelinge uitspraak vond plaats op 11 november 2024, waarbij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State het beroep ongegrond verklaarde. De Afdeling oordeelde dat de raad beleidsruimte heeft bij het vaststellen van de begrenzingen van een bestemmingsplan, maar dat deze ruimte niet zo groot is dat de raad in strijd met een goede ruimtelijke ordening kan handelen. De Afdeling concludeerde dat de raad zich op het standpunt heeft mogen stellen dat de vastgestelde planbegrenzing een goede ruimtelijke ordening dient. De appellant heeft niet kunnen aantonen dat er een samenhang bestaat tussen de gronden aan de Zandhoek 1B en de gronden in het plangebied, waardoor deze gronden bij het plan betrokken hadden moeten worden.

De Afdeling merkte op dat de zienswijzenota bij de bekendmaking van het vaststellingsbesluit op de website www.ruimtelijkeplannen.nl is gepubliceerd. Gelet op deze overwegingen werd het beroep van de appellant ongegrond verklaard en werd er geen proceskostenvergoeding toegewezen.

Uitspraak

202300428/1/R2.
Datum uitspraak: 11 november 2024
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
PROCES-VERBAAL van de mondelinge uitspraak (artikel 8:67 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen:
[appellant] en anderen (hierna samen: [appellant]), wonend in Boekel,
appellanten,
en
de raad van de gemeente Boekel,
verweerder.
Openbare zitting gehouden op 11 november 2024 om 10:15 uur.
Tegenwoordig:
Staatsraad mr. J. Gundelach, voorzitter
griffier: mr. J.E.H.J. Vollaers
jurist: mr. E. Steinz
Het beroep richt zich tegen het besluit van de raad van 23 november 2022, waarbij de raad het bestemmingsplan "Veegplan Kommen" heeft vastgesteld.
De Afdeling verklaart het beroep ongegrond.
De redenen hiervoor zijn de volgende:
1.       Op 1 januari 2024 zijn de Omgevingswet en de Invoeringswet Omgevingswet in werking getreden. Voor de beoordeling van het beroep tegen het besluit van 23 november 2022 is het recht zoals dat gold op het moment van het nemen van dat besluit bepalend.
2.       Het bestemmingsplan maakt meerdere initiatieven mogelijk verspreid over de kommen Boekel en Venhorst. In het ontwerpbestemmingsplan was ook een plandeel opgenomen dat zag op de locatie Zandhoek 1B in Boekel. In het vastgestelde plan is die locatie niet meegenomen.
3.       Volgens [appellant] heeft het bestemmingsplan ten onrechte geen betrekking op de gronden aan de Zandhoek 1B. Ook is er volgens hem niet inhoudelijk gereageerd op zijn zienswijze.
4.       De raad komt beleidsruimte toe bij het bepalen van de begrenzingen van een bestemmingsplan. Maar deze ruimte is niet zo groot dat de raad een begrenzing kan vaststellen die in strijd is met een goede ruimtelijke ordening.
5.       De Afdeling is van oordeel dat de raad zich op het standpunt heeft mogen stellen dat de vastgestelde planbegrenzing een goede ruimtelijke ordening dient. [appellant] heeft niet aannemelijk gemaakt dat tussen de gronden aan de Zandhoek 1B en de gronden in het plangebied zo’n samenhang bestaat dat de raad deze gronden aan de Zandhoek 1B bij het plan had moeten betrekken. Het plan omvat diverse, op zichzelf staande ontwikkelingen op verschillende, niet aaneengesloten locaties.
In wat [appellant] heeft aangevoerd, ziet de Afdeling geen grond voor het oordeel dat de raad er - naar aanleiding van de zienswijze van [appellant] en het volgens de raad benodigde nadere onderzoek in het kader van een goede ruimtelijke ordening - niet terecht voor heeft gekozen om de gronden aan de Zandhoek 1B buiten het bestemmingsplan te laten.
De omstandigheid dat de gronden aan de Zandhoek 1B wel in het ontwerpplan waren betrokken, kan niet tot een ander oordeel leiden. De raad heeft [appellant] er in dit verband van op de hoogte gesteld dat zijn zienswijze ertoe heeft geleid dat het plan de gronden aan de Zandhoek 1B niet zou omvatten. Dit betekent dat de bestemmingsplannen "Bedrijventerrein Zandhoek Boekel" van 28 juni 2018 en "Zandhoek - Runstraat" van 9 oktober 2014 vooralsnog op de gronden ter plaatse van Zandhoek 1B van toepassing blijven. In die zin is de raad tegemoetgekomen aan de wensen van [appellant]. Gelet hierop is de inhoud van de zienswijze van [appellant] in zoverre dan ook bij de vaststelling van het plan betrokken.
6.       Verder overweegt de Afdeling dat, anders dan [appellant] betoogt, de zienswijzenota bij de bekendmaking van het vaststellingsbesluit is gevoegd op www.ruimtelijkeplannen.nl.
7.       Gelet op wat hiervoor is overwogen, slaagt het betoog niet.
8.       Het beroep is ongegrond.
9.       De raad hoeft geen proceskosten te vergoeden.
w.g. Gundelach
lid van de enkelvoudige kamer
w.g. Vollaers
griffier
880-1019