ECLI:NL:RVS:2024:4027
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot verblijfsvergunning
Op 4 oktober 2024 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak waarin een vreemdeling verzocht om een voorlopige voorziening. De vreemdeling had eerder een aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd ingediend, welke door de minister van Asiel en Migratie op 5 augustus 2024 niet-ontvankelijk was verklaard. Hiertegen had de vreemdeling hoger beroep ingesteld na een eerdere uitspraak van de rechtbank Den Haag op 26 september 2024, waarin het beroep ongegrond werd verklaard.
De vreemdeling verzocht de voorzieningenrechter om de voorgenomen beëindiging van verstrekkingen op 7 oktober 2024 achterwege te laten, omdat de noodzakelijke stukken voor de beoordeling van het hoger beroep nog niet waren ontvangen. De voorzieningenrechter besloot bij wijze van ordemaatregel een voorlopige voorziening te treffen, zodat de beëindiging van de verstrekkingen niet door zou gaan totdat de stukken waren ontvangen en er een definitieve beslissing kon worden genomen.
Daarnaast werd de minister van Asiel en Migratie veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van de vreemdeling, die op € 875,00 werden vastgesteld, geheel toe te rekenen aan beroepsmatige rechtsbijstand. De uitspraak werd gedaan in het openbaar en is een belangrijke stap in de procedure rondom de asielaanvraag van de vreemdeling.