ECLI:NL:RVS:2024:3452
Raad van State
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen de beslissing van de minister van Asiel en Migratie tot bewaring van een vreemdeling
Op 9 juli 2024 heeft de minister van Asiel en Migratie een besluit genomen om een vreemdeling in bewaring te stellen. De vreemdeling heeft hiertegen beroep ingesteld bij de rechtbank, die op 22 juli 2024 het beroep ongegrond heeft verklaard en het verzoek om schadevergoeding heeft afgewezen. De vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. S.T.V. Le, advocaat in Rotterdam, heeft vervolgens hoger beroep ingesteld tegen deze uitspraak.
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 27 augustus 2024 uitspraak gedaan in deze zaak. De Afdeling heeft geoordeeld dat het hoger beroep niet leidt tot vernietiging van de uitspraak van de rechtbank. De rechtbank heeft terecht en op goede gronden geoordeeld, en de Afdeling heeft de motivering van de rechtbank overgenomen.
Daarnaast heeft de Afdeling geen redenen gevonden om de bewaring onrechtmatig te achten. Het hoger beroep is ongegrond verklaard en de uitspraak van de rechtbank is bevestigd. De minister van Asiel en Migratie is niet verplicht om de proceskosten te vergoeden. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 27 augustus 2024.