ECLI:NL:RVS:2024:3202

Raad van State

Datum uitspraak
7 augustus 2024
Publicatiedatum
7 augustus 2024
Zaaknummer
202004603/2/R2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Tussenuitspraak inzake bestemmingsplan 'Thull' van de gemeente Beekdaelen

In deze zaak heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op 7 augustus 2024 uitspraak gedaan over de beroepen van twee appellanten tegen het besluit van de raad van de gemeente Beekdaelen van 7 juli 2020, waarbij het bestemmingsplan 'Thull' werd vastgesteld. De appellanten, wonend in Nuth en Schinnen, stelden dat er gebreken waren in het besluit, die eerder in een tussenuitspraak van 15 maart 2023 (ECLI:NL:RVS:2023:1037) waren vastgesteld. De Afdeling had de raad opgedragen om binnen 16 weken de gebreken te herstellen. De raad heeft vervolgens op 26 september 2023 een wijziging van het bestemmingsplan vastgesteld, maar de appellanten hebben geen zienswijze ingediend tegen deze wijziging.

De Afdeling oordeelde dat de beroepen van de appellanten gegrond zijn, omdat de raad niet had voorzien in een maximum aantal parkeerplaatsen bij de bestaande bierbrouwerij en niet had geregeld dat de parkeerplaats bij Thull 19b in de nachtperiode niet toegankelijk is. Het besluit van 7 juli 2020 werd gedeeltelijk vernietigd. De Afdeling heeft ook de proceskosten van de appellanten toegewezen aan de raad van de gemeente Beekdaelen, met specifieke bedragen voor rechtsbijstand en griffierechten. De uitspraak benadrukt de noodzaak van goede ruimtelijke ordening en de verplichtingen van de gemeente bij het vaststellen van bestemmingsplannen.

Uitspraak

202004603/2/R2.
Datum uitspraak: 7 augustus 2024
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak in het geding tussen:
1.       [appellant sub 1], wonend in Nuth, gemeente Beekdaelen,
2.       [appellant sub 2], wonend in Schinnen, gemeente Beekdaelen,
appellanten,
en
de raad van de gemeente Beekdaelen,
verweerder.
Procesverloop
Bij tussenuitspraak van 15 maart 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1037, heeft de Afdeling de raad opgedragen om binnen 16 weken na verzending van die uitspraak de daarin omschreven gebreken in het besluit van de raad van de gemeente Beekdaelen van 7 juli 2020 tot vaststelling van het bestemmingsplan "Thull" te herstellen met inachtneming van hetgeen over die gebreken in die uitspraak is overwogen.
Bij beschikking van 2 augustus 2023 heeft de Afdeling de termijn om de gebreken te herstellen met 10 weken verlengd.
Bij besluit van 26 september 2023 heeft de raad een wijziging van het bestemmingsplan "Thull" vastgesteld om de in de tussenuitspraak geconstateerde gebreken te herstellen.
De Afdeling heeft bepaald dat een nadere zitting achterwege blijft.
Vervolgens heeft de Afdeling het onderzoek gesloten.
Overwegingen
Overgangsrecht inwerkingtreding Omgevingswet
1.       Op 1 januari 2024 zijn de Omgevingswet en de Invoeringswet Omgevingswet in werking getreden. Voor de beoordeling van een beroep tegen een besluit omtrent de vaststelling van een bestemmingsplan waarvan het ontwerp ambtshalve vóór het tijdstip van inwerkingtreding van de Omgevingswet ter inzage is gelegd, blijft het recht zoals dat gold onmiddellijk vóór dat tijdstip van toepassing tot het besluit omtrent de vaststelling van dat bestemmingsplan onherroepelijk is.
Het ontwerpplan is op 12 maart 2020 ter inzage gelegd. Dat betekent dat op deze beroepsprocedure het recht, waaronder de Wet ruimtelijke ordening (hierna: de Wro), zoals dat gold vóór 1 januari 2024 van toepassing blijft.
Tussenuitspraak
2.       In de tussenuitspraak heeft de Afdeling geoordeeld dat anders dan de raad heeft beoogd en onderzocht, ter plaatse van de hele groenstrook aan de voorzijde van de bestaande bierbrouwerij parkeerplaatsen kunnen worden gerealiseerd (onder 10.4). Ook heeft de raad een afsluiting van het voorziene parkeerterrein op het perceel Thull 19b in de nachtperiode uit een oogpunt van een goede ruimtelijke ordening noodzakelijk geacht, maar dit ten onrechte niet geregeld in het plan (onder 11.1).
3.       Dit betekent dat de beroepen van [appellant sub 1] en [appellant sub 2] gegrond zijn, zodat het besluit van 7 juli 2020 gedeeltelijk voor vernietiging in aanmerking komt.
Het besluit van 26 september 2023
4.       Het besluit van 26 september 2023 is op grond van artikel 6:19 van de Algemene wet bestuursrecht mede onderwerp van het geding. De beroepen van [appellant sub 1] en [appellant sub 2] worden geacht mede te zijn gericht tegen deze besluiten.
5.       Deze partijen hebben naar aanleiding van deze besluiten geen zienswijze ingediend. Zij hebben dus niet te kennen gegeven dat zij zich niet met deze besluiten kunnen verenigen. Dit betekent dat zij geen beroepsgronden tegen dit besluit hebben aangevoerd. De van rechtswege ontstane beroepen zijn ongegrond.
Proceskosten
6.       De raad moet de proceskosten van [appellant sub 1] en [appellant sub 2] vergoeden. In verband met de kosten die [appellant sub 2] heeft opgevoerd voor een second opinion over de depositie van stikstof, overweegt de Afdeling dat er geen reden was dat het inroepen van deze deskundige een bijdrage zou kunnen leveren aan een voor de uitkomst van het geschil mogelijk relevante vraag. Het besluit tot vaststelling van het bestemmingsplan wordt ook vernietigd om andere redenen dan stikstofdepositie. Deze kosten komen dus niet voor vergoeding in aanmerking.
Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
I.        verklaart de beroepen van [appellant sub 1] en [appellant sub 2] tegen het besluit van de raad van de gemeente Beekdaelen van 7 juli 2020 gegrond;
II.       vernietigt het besluit van de raad van de gemeente Beekdaelen van 7 juli 2020 tot vaststelling van het bestemmingsplan "Thull" voor zover hierin niet een maximum aantal parkeerplaatsen is opgenomen in de bestemming "groen" bij de bestaande bierbrouwerij en voor zover niet is gewaarborgd dat de parkeerplaats bij Thull 19b in de nachtperiode niet toegankelijk is;
III.      verklaart de beroepen tegen het bestemmingsplan "Thull" voor zover gewijzigd in het besluit van 26 september 2023 ongegrond;
IV.      veroordeelt de raad van de gemeente Beekdaelen tot vergoeding van in verband met de behandeling van het beroep opgekomen proceskosten
-         bij [appellant sub 1] tot een bedrag van €875,00, geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand,
-         bij [appellant sub 2] tot een bedrag van €3.027,48, voor een bedrag van €875,00 toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand;
V.       gelast dat de raad van de gemeente Beekdaelen aan appellanten vergoedt het door hen voor de behandeling van de beroepen betaalde griffierecht ten bedrage van
-         €178,00 voor [appellant sub 1],
-         €178,00 voor [appellant sub 2]
Aldus vastgesteld door mr. J.A.W. Scholten-Hinloopen, voorzitter, en mr. J.E.M. Polak en mr. A.J.C. de Moor, leden, in tegenwoordigheid van mr. M. Scheele, griffier.
w.g. Scholten-Hinloopen
voorzitter
w.g. Scheele
griffier
Uitgesproken in het openbaar op 7 augustus 2024