ECLI:NL:RVS:2024:3080
Raad van State
- Voorlopige voorziening+bodemzaak
- H.G. Sevenster
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag verblijfsvergunning asiel en verzoek om voorlopige voorziening
Op 31 juli 2024 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak betreffende een vreemdeling die een aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd had ingediend. De aanvraag was op 15 mei 2024 door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid afgewezen. De vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. F.S. Boedhoe, heeft tegen deze afwijzing beroep aangetekend bij de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Amsterdam. De rechtbank heeft op 12 juli 2024 het beroep ongegrond verklaard, waarop de vreemdeling hoger beroep heeft ingesteld en tevens verzocht om een voorlopige voorziening.
De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen vastgesteld dat het hoger beroep zich niet richt tegen de uitspraak van de rechtbank, omdat de vreemdeling niet heeft toegelicht waarom deze uitspraak onjuist zou zijn. Hierdoor kon de Afdeling geen inhoudelijk oordeel vellen over het hoger beroep, wat leidde tot de conclusie dat het hoger beroep niet-ontvankelijk is. Het verzoek om een voorlopige voorziening werd eveneens afgewezen, en de minister van Asiel en Migratie werd niet verplicht om proceskosten te vergoeden.
De uitspraak werd gedaan door mr. H.G. Sevenster, in aanwezigheid van mr. J.W. Prins als griffier, en werd openbaar uitgesproken op dezelfde datum.