ECLI:NL:RVS:2024:3036
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot niet in behandeling nemen aanvraag verblijfsvergunning
Op 29 september 2023 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van een vreemdeling om een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet in behandeling genomen. De vreemdeling heeft hiertegen beroep ingesteld bij de rechtbank, die op 12 juli 2024 het beroep ongegrond heeft verklaard. Tegen deze uitspraak heeft de vreemdeling hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 25 juli 2024 uitspraak gedaan op dit verzoek.
De vreemdeling verzocht de voorzieningenrechter om te bepalen dat hij niet zou worden overgedragen totdat op het hoger beroep was beslist, en om opvang en verstrekkingen te krijgen. De voorzieningenrechter overwoog dat het hoger beroep nader onderzoek vergt, mede in het licht van een arrest van het Hof van Justitie van 29 februari 2024, dat betrekking heeft op het interstatelijk vertrouwensbeginsel.
De voorzieningenrechter heeft besloten dat de vreemdeling niet mag worden overgedragen totdat er een beslissing is genomen op het hoger beroep. Tevens is de minister van Asiel en Migratie veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van de vreemdeling, die zijn opgekomen in verband met de behandeling van het verzoek, tot een bedrag van € 875,00, geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand.