202306258/1/A2
Datum uitspraak: 10 juli 2024
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak op het hoger beroep van:
[appellant], wonend te [woonplaats],
appellant,
tegen de mondelinge uitspraak van de rechtbank Limburg van 24 augustus 2023 in zaak nr. 21/2187 in het geding tussen:
[appellant]
en
de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties (hierna: de minister).
Procesverloop
Bij besluit van 19 maart 2021 heeft de minister de subsidieaanvraag van [appellant] in het kader van de Subsidieregeling energiebesparing eigen huis (hierna: de subsidieregeling) afgewezen.
Bij besluit van 3 augustus 2021 heeft de minister het door [appellant] daartegen gemaakte bezwaar ongegrond verklaard.
Bij uitspraak van 24 augustus 2023 heeft de rechtbank het door [appellant] daartegen ingestelde beroep gegrond verklaard, dat besluit vernietigd en de rechtsgevolgen ervan in stand gelaten.
Tegen deze uitspraak heeft [appellant] hoger beroep ingesteld.
De minister heeft een schriftelijke uiteenzetting gegeven.
De Afdeling heeft de zaak op een zitting behandeld op 17 juni 2024, waar [appellant] en de minister, vertegenwoordigd door mr. C.J.M. Daniels, zijn verschenen.
Overwegingen
1. De tekst van de hier relevante artikelen van de subsidieregeling is opgenomen in de bijlage bij deze uitspraak. De bijlage maakt deel uit van de uitspraak.
Inleiding
2. [appellant] heeft op 29 november 2020 op grond van de subsidieregeling een aanvraag ingediend om subsidie voor het pand aan de [locatie] in Vlodrop.
Besluitvorming
3. De minister heeft de aanvraag afgewezen, omdat de aanvraag niet voor energiebesparende maatregelen ten behoeve van bestaande bouw is ingediend, maar ten behoeve van nieuwbouw. Op grond van de subsidieregeling wordt de subsidie, als stimulerend middel, alleen toegekend voor energiebesparende maatregelen aan en in bestaande bouw. Bij nieuwbouw bestaat al de wettelijke plicht om te voldoen aan de isolatie-eisen van het Bouwbesluit 2012.
De uitspraak van de rechtbank
4. De rechtbank heeft geoordeeld dat de minister terecht heeft besloten om de aanvraag af te wijzen. Alleen wanneer isolerende maatregelen worden toegepast ten behoeve van een bestaande woning, kan op grond van de subsidieregeling subsidie worden toegekend. [appellant] heeft de maatregelen niet toegepast voor het isoleren van een bestaande woning, maar voor het isoleren van een (ver)nieuwbouwwoning. [appellant] heeft zijn woning namelijk afgebroken en opnieuw gebouwd. Enkel de kelder, een deel van de fundering en de muren van de keuken zijn behouden gebleven. De buiten- en binnenmuren, de vloeren en het dak zijn geheel vernieuwd. Op deze vernieuwing waren de normen uit het Bouwbesluit 2012 van toepassing. De subsidieregeling is voor die situatie niet bedoeld.
Hoger beroep
Gronden van het hoger beroep
5. [appellant] betoogt in hoger beroep dat de rechtbank niet heeft onderkend dat uit de subsidieregeling niet duidelijk blijkt dat de regeling niet op zijn situatie van toepassing is. Hij ging ervan uit dat hij voor subsidie in aanmerking zou komen. Daarom heeft hij veel geïnvesteerd in de verduurzaming van zijn woning. Hij kreeg achteraf pas te horen dat hij niet in aanmerking komt voor subsidie. Als hij dat van tevoren had geweten, had hij enkel de maatregelen genomen die op grond van het Bouwbesluit 2012 verplicht waren. Dat zijn minder vergaande maatregelen dan de maatregelen die hij heeft getroffen. Hij vindt dat hij recht heeft op subsidie voor de verdergaande maatregelen.
Beoordeling van het hoger beroep
5.1. De Afdeling ziet in dit betoog geen aanleiding om tot een ander oordeel te komen dan de rechtbank heeft gegeven.
5.2. De Afdeling is van oordeel dat de rechtbank terecht heeft overwogen dat uit de regeling blijkt dat de minister alleen subsidie toekent voor energiebesparende maatregelen aan bestaande delen van een huis. In artikel 2 van de subsidieregeling staat dat de regeling tot doel heeft om energiebesparing te stimuleren in bestaande koopwoningen. In artikel 4 van de regeling staat op welke energiebesparende maatregelen de regeling ziet, te weten spouwmuurisolatie, gevelisolatie, dakisolatie, vloer- of bodemisolatie en hoogrendementsglas. In hetzelfde artikel wordt uiteengezet wat onder deze termen wordt verstaan. Bij spouwmuurisolatie gaat het bijvoorbeeld om het isoleren van bestaande spouwmuren in de thermische schil met isolatiemateriaal met een minimale Rd-waarde van 1,1 [m²K/W]. Ook bij andere maatregelen staat beschreven dat het moet gaan om het isoleren van bestaande bouw.
5.3. De Afdeling volgt het oordeel van de rechtbank dat [appellant] de maatregelen niet heeft toegepast voor het isoleren van een bestaande woning, maar voor het isoleren van een (ver)nieuwbouwwoning en dat de regeling daarvoor niet is bedoeld. Dat voor de bouw van de woning materialen uit de oude woning zijn gebruikt, zoals [appellant] op de zitting heeft opgemerkt, maakt niet dat het gaat om isolerende maatregelen in bestaande bouw, zoals bedoeld in artikel 4 van de subsidieregeling.
5.4. De Afdeling begrijpt dat het voor [appellant] vervelend is dat hij de subsidie pas achteraf kon aanvragen en pas achteraf te horen heeft gekregen dat de subsidieregeling niet op zijn situatie van toepassing is. Dat neemt niet weg dat hij vóór aanvang van de werkzaamheden aan zijn woning bij het subsidie verlenende bestuursorgaan had kunnen nagaan of de regeling op zijn situatie van toepassing was.
5.5. Het betoog slaagt niet.
Conclusie
6. Het hoger beroep is ongegrond. De aangevallen uitspraak wordt bevestigd.
7. De minister hoeft geen proceskosten te vergoeden.
Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
bevestigt de aangevallen uitspraak.
Aldus vastgesteld door mr. W. den Ouden, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. R.J.R. Hazen, griffier.
w.g. Den Ouden
lid van de enkelvoudige kamer
w.g. Hazen
griffier
Uitgesproken in het openbaar op 10 juli 2024
452-1033
BIJLAGE - Wettelijk kader
Regelgeving die gold op het moment van het besluit van 3 augustus 2021
Subsidieregeling energiebesparing eigen huis
Artikel 1
1. In deze regeling wordt verstaan onder:
[…]
- gebouw: bestaand, voor bewoning of mede voor bewoning bestemd gebouwde onroerende zaak of een gedeelte daarvan, waarvoor of mede waarvoor een vereniging van eigenaars of een wooncoöperatie is opgericht of waarvan de eigenaar een woonvereniging is;
[…]
- woning: bestaande gebouwde onroerende zaak, die een zelfstandige woongelegenheid vormt alvorens renovatie plaatsvindt en in de basisregistratie als bedoeld in artikel 2 van de Wet basisregistratie adressen en gebouwen met een woonfunctie is geregistreerd, niet zijnde een woonwagen of een woonboot, dan wel een bestaand appartement, dat een zelfstandige woongelegenheid vormt alvorens renovatie plaatsvindt en in voornoemde basisregistratie met een woonfunctie is geregistreerd;
[…]
Artikel 2
Deze regeling heeft tot doel energiebesparing te stimuleren in bestaande koopwoningen in de particuliere sector alsmede in bestaande gebouwen van verenigingen van eigenaars, woonverenigingen en wooncoöperaties, waarvan een of meer leden eigenaar-bewoner zijn.
Artikel 4
1. Energiebesparende maatregelen zijn: spouwmuurisolatie, gevelisolatie, dakisolatie, vloer- of bodemisolatie en hoogrendementsglas, waarbij wordt verstaan onder:
- spouwmuurisolatie: het isoleren van bestaande spouwmuren in de thermische schil met isolatiemateriaal met een minimale Rd-waarde van 1,1 [m2K/W];
- gevelisolatie: het isoleren van de bestaande binnen- en buitengevel met isolatiemateriaal met een minimale Rd-waarde van 3,5 [m2K/W];
- dakisolatie: het isoleren van het bestaande dak in de thermische schil of van de bestaande zolder- of vlieringvloer, indien de zolder of vliering onverwarmd is met isolatiemateriaal met een minimale Rd-waarde van 3,5 [m2K/W];
- vloer- of bodemisolatie: het isoleren van de bestaande vloer of de bestaande bodem in de thermische schil met isolatiemateriaal met een minimale Rd-waarde van 3,5 [m2K/W];
- hoogrendementsglas: het vervangen van glas in de thermische schil door HR++ glas, of door triple-glas in combinatie met het vervangen van het kozijn door een isolerend kozijn met een maximale U-waarde van 1,5 [W/m2K], al dan niet in combinatie met panelen;
- HR++ glas: glas met een maximale U-waarde van 1,2 [W/m2K];
- triple-glas: glas met een maximale U-waarde van 0,7 [W/m2K];
- panelen: panelen met minimaal dezelfde U-waarde als de glassoort waarmee deze worden gecombineerd.
[...]