ECLI:NL:RVS:2024:2302
Raad van State
- Voorlopige voorziening+bodemzaak
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen besluit college van burgemeester en wethouders van Heusden over locaties ondergrondse containers oud papier
In deze zaak hebben appellanten A en B beroep ingesteld tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Heusden, genomen op 7 november 2023, waarin de 'Definitieve aanwijzing locaties ondergrondse containers oud papier' is vastgesteld. De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 30 mei 2024 een mondelinge uitspraak gedaan over het verzoek om een voorlopige voorziening en de beroepen van de appellanten. Tijdens de openbare zitting, waar de voorzieningenrechter C.J. Borman aanwezig was, is het beroep ongegrond verklaard en is het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen.
De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat het college de keuze voor de locatie van de ondergrondse containers voldoende heeft onderbouwd met een parkeeronderzoek. De appellanten hebben alternatieve locaties voorgesteld, maar de voorzieningenrechter oordeelde dat de onderbouwing van het college niet ondeugdelijk was en dat de alternatieve locaties niet als geschikter konden worden aangemerkt. Ook is vastgesteld dat het plaatsen van permanente rolcontainers bij de betrokken appartementencomplexen geen reëel alternatief is en dat de voorziene locatie geen extra gevaar voor de verkeersveiligheid met zich meebrengt.
De voorzieningenrechter heeft geconcludeerd dat de lediging van de container zal plaatsvinden zonder schade aan anderen toe te brengen en dat de gemeente of de afvalstoffendienst kan worden ingeschakeld bij eventuele problemen. De uitspraak bevestigt de rechtmatigheid van het besluit van het college en de zorgvuldigheid van de genomen beslissing.