202400782/1/A2.
Datum uitspraak: 15 mei 2024
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak in het geding tussen:
[appellant], wonend te [woonplaats],
appellant,
en
het college van beroep voor de examens van de Technische Universiteit Delft (hierna: het CBE),
verweerder.
Procesverloop
Bij beslissing van 12 juni 2023 heeft de examencommissie van de faculteit Techniek, Bestuur & Management (hierna: de examencommissie) beslist op vijf verzoeken van [appellant] over individuele maatwerkvoorzieningen.
Bij beslissing van 21 december 2023 heeft het CBE het daartegen door [appellant] ingestelde administratief beroep ongegrond verklaard.
Tegen deze beslissing heeft [appellant] beroep ingesteld.
Het CBE heeft een verweerschrift ingediend.
[appellant] heeft nadere stukken ingediend.
De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 3 april 2024, waar [appellant], en het CBE, vertegenwoordigd door mr. S.M.M. Meijer, advocaat te Bleiswijk, zijn verschenen. Tevens is namens de examencommissie J. Kwakel verschenen.
Overwegingen
Inleiding
1. [appellant] is als student ingeschreven bij de Technische Universiteit Delft (hierna: TU Delft), waar hij de bacheloropleiding Technische Bestuurskunde volgt. Door zijn ADHD ervaart hij diverse functiebeperkingen bij het afleggen van tentamens. Daarom heeft hij de examencommissie verzocht om maatwerkvoorzieningen die hem ondersteunen bij het afleggen van tentamens. De examencommissie heeft dit verzoek gedeeltelijk afgewezen.
Beslissingen van de examencommissie
2. De examencommissie heeft de verzoeken van [appellant] om tentamens in een prikkelarme ruimte af te mogen leggen en de toetstijd te verlengen bij beslissing van 12 juni 2023 toegewezen. De verzoeken om tentamens op een computer met koptelefoon en de voorleessoftware TextAid af te mogen leggen, tentamens op te delen in kortere midterm tentamens en tentamens af te mogen leggen met pauzes heeft de examencommissie afgewezen.
2.1. Over de afwijzing van het verzoek om gebruik te maken van de voorleessoftware TextAid stelde de examencommissie dat deze software een online tool is, terwijl bij tentamens geen internetverbinding is toegestaan. Daarnaast voorzag het toewijzen van de verzoeken om extra tijd en het maken van tentamens in een prikkelarme ruimte al in voldoende mate in het belang van [appellant] om prikkels tijdens tentamens te beperken. De toewijzing van het verzoek om tentamens te mogen maken in een prikkelarme ruimte maakte volgens de examencommissie ook dat de noodzaak om pauzes in te lassen kwam te vervallen. Over de midterm tentamens stelde de examencommissie dat in de spreiding van de studie en tentamenlast per periode al voldoende rekening wordt gehouden met de functionele beperking van [appellant].
2.2. Bij beslissing van 26 juni 2023 heeft de examencommissie het mogelijk gemaakt voor [appellant] om tentamens af te leggen met gebruik van de tekstverwerkingssoftware Office Word. In de aanvullende mail van 14 juli 2023 heeft de examencommissie gereageerd op vragen die [appellant] had over de beslissing van 26 juni 2023. Ook heeft zij [appellant] erop gewezen dat zij nader onderzoek zal verrichten naar zijn functiebeperkingen en de wijze waarop hij dient te worden ondersteund tijdens tentamens.
3. Op het administratief beroep tegen deze beslissingen is beslist bij de thans ter beoordeling staande beslissing van het CBE van 21 december 2023.
Beslissing van 21 december 2023
4. Het CBE heeft vastgesteld dat [appellant] beschikt over een medische verklaring, waaruit blijkt dat hij is gediagnostiseerd met een aandoening die ervoor zorgt dat hij problemen ervaart op het gebied van concentratie, geheugen, organisatie, (innerlijke) rust, impulsiviteit en zelfbeheersing. Daarbij is verklaard dat er sprake is van een persoonlijkheid van het ‘overwegend onoplettende type’.
4.1. Het CBE heeft het administratief beroep, voor zover dit is gericht tegen de toewijzing van de verzoeken om: 1) tentamens in een prikkelarme ruimte af te mogen leggen, 2) extra tijd bij het maken van tentamens en 3) het gebruik van een gehoorbeschermer, ongegrond verklaard. Daartoe heeft het CBE overwogen dat zij de besluitvorming van de examencommissie op deze punten redelijk, navolgbaar en deugdelijk gemotiveerd vindt.
4.2. Het CBE heeft het administratief beroep, voor zover dit is gericht tegen de afwijzing van het verzoek om gebruik te mogen maken van de voorleessoftware TextAid, ongegrond verklaard. Met de door de examencommissie onder 4.1 toegewezen voorzieningen is [appellant] volgens het CBE al voldoende tegemoetgekomen in zijn behoefte om maatwerkvoorzieningen. Daarbij leidt de voorleessoftware juist tot meer prikkels. Gelet daarop heeft de examencommissie volgens het CBE in redelijkheid tot die beslissing kunnen komen.
4.3. Het CBE heeft ook het administratief beroep, voor zover dit is gericht tegen de afwijzing van het verzoek om pauzes in te lassen tijdens tentamens, ongegrond verklaard. Het CBE was van oordeel dat de gegeven motivering van de examencommissie, namelijk dat de toegewezen voorzieningen al voldoende prikkels en afleiding wegnemen, deugdelijk is en dat zij in redelijkheid tot die beslissing kon komen.
4.4. Het CBE heeft tot slot het administratief beroep, voor zover dit is gericht tegen de afwijzing van het verzoek om een aangepast tentamenprogramma te volgen, ongegrond verklaard. Daarover heeft het CBE overwogen dat de toewijzing van dit verzoek een onevenredige belasting zou vormen voor de onderwijsinstelling.
4.5. [appellant] heeft beroep ingesteld tegen deze beslissing.
Het beroep en de beoordeling
5. De Afdeling stelt vast dat het voorliggende geschil is beperkt tot het ongegrond verklaren door het CBE van het administratief beroep tegen de afwijzing van het verzoek om gebruik te maken van de voorleessoftware TextAid, pauzes in te lassen tijdens tentamens en een aangepast tentamenprogramma te volgen in de vorm van midterms. Zij zal hierna de door [appellant] daartegen aangevoerde gronden bespreken.
Het beroep op het zorgvuldigheidsbeginsel
6. [appellant] betoogt tevergeefs dat de beslissing van het CBE in strijd is met het zorgvuldigheidsbeginsel omdat er een gebrek aan heldere communicatie was met betrekking tot de aanpassing van de beslissing van 12 juni 2023 naar de vervangende beslissing van 3 oktober 2023 en omdat zijn verzoeken om schorsing van de hoorzitting zijn genegeerd. De Afdeling acht hiervoor van belang dat het CBE de vervangende beslissing van 3 oktober 2023 niet heeft betrokken bij deze procedure. Daarmee is het CBE tegemoetgekomen aan het door [appellant] gestelde gebrek aan communicatie en het te laat verstrekken van documenten die samenhangen met de beslissing van 3 oktober 2023. Overigens is volgens het verslag van de hoorzitting van het CBE deze zitting wel geschorst om te overleggen over het standpunt van [appellant] dat hij onvoldoende tijd heeft gehad om te reageren op het besluit van 3 oktober 2023.
Het verzoek om het gebruik van TextAid
7. Het betoog van [appellant], dat het CBE ten onrechte heeft geoordeeld dat de examencommissie zijn verzoek om de voorleessoftware TextAid te gebruiken tijdens tentamens terecht heeft geweigerd, slaagt niet. De Afdeling acht hiertoe van belang dat het CBE op de zitting bij de Afdeling heeft toegelicht dat in samenspraak met de afdeling ICT van de universiteit is onderzocht hoe de voorleessoftware TextAid veilig kan worden aangeboden tijdens tentamens. Daaruit kwam naar voren dat het, gelet op de noodzakelijke internetverbinding en onduidelijkheid welke websites TextAid gebruikt bij het uitvoeren van het programma, voor de TU Delft technisch niet haalbaar is om TextAid op een veilige manier aan te bieden.
7.1. Het CBE heeft er in dit kader verder op gewezen dat aan [appellant] wel de tekstverwerkingssoftware Office Word ter beschikking kan worden gesteld. Dat de door de examencommissie aangeboden tekstverwerkingssoftware niet dezelfde audiovisuele voordelen biedt als de voorleessoftware TextAid, waardoor minder prikkels worden weggenomen, doet niet af aan het belang van de examencommissie om te garanderen dat tentamens op een veilige manier worden aangeboden. Hierbij is van belang dat de tekstverwerkingssoftware wordt aangeboden in combinatie met andere maatwerkvoorzieningen die de prikkels bij het afleggen van tentamens verder doen verminderen.
Het verzoek om pauzes in te lassen tijdens tentamens
8. Het betoog van [appellant], dat het CBE ten onrechte heeft overwogen dat de examencommissie zijn verzoek om pauze te mogen nemen tijdens tentamens terecht heeft afgewezen, slaagt evenmin. De Afdeling overweegt daartoe dat [appellant] al meer extra tijd voor tentamens heeft gekregen dan gebruikelijk is. Het is bij de diagnose van ADHD bij de TU Delft immers gebruikelijk om 10 minuten langer per uur toe te kennen, terwijl de examencommissie [appellant] een verlenging van 30 minuten per uur heeft toegekend. Dat [appellant] stelt sneller overprikkeld te zijn dan andere studenten, doet daar niet aan af. Naast de extra tijd zijn hem immers ook andere maatwerkvoorzieningen aangeboden die ertoe strekken om de prikkels die hij ervaart tijdens het afleggen van tentamens te beperken, zoals het afleggen van tentamens in een prikkelarme ruimte.
Het verzoek om een aangepast tentamenprogramma
9. Het betoog van [appellant] dat het CBE niet heeft onderkend dat de examencommissie zijn verzoek om het spreiden van tentamens ten onrechte heeft afgewezen, slaagt ook niet. De Afdeling acht daarvoor van belang dat het CBE op de zitting bij de Afdeling heeft toegelicht dat het spreiden van tentamens over verschillende periodes een enorme belasting zou zijn voor de examencommissie. Het opdelen van tentamens in midterms zou feitelijk betekenen dat voor ieder vak een op maat toegesneden tentamen moet worden gemaakt, aangezien andere studenten wel het volledige tentamen afleggen. Daarbij komt dat het CBE er op de zitting bij de Afdeling op heeft gewezen dat [appellant] zelf kan kiezen in welke periode hij vakken volgt. Daarmee kan [appellant] per kwartaal zelf de druk die hij ervaart reguleren.
10. Gelet op het voorgaande houdt de beslissing van het CBE over de beslissing van de examencommissie op het verzoek om gebruik te maken van de voorleessoftware TextAid, pauzes in te lassen tijdens tentamens en een aangepast tentamenprogramma te volgen in de vorm van midterms, stand. Al het overige dat [appellant] heeft aangevoerd, valt buiten de omvang van het bij de Afdeling voorliggende geschil.
Conclusie
11. Het beroep is ongegrond. Het CBE hoeft geen proceskosten te vergoeden.
Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
verklaart het beroep ongegrond.
Aldus vastgesteld door mr. C.J. Borman, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. M.M. Mercelina, griffier.
w.g. Borman
lid van de enkelvoudige kamer
w.g. Mercelina
griffier
Uitgesproken in het openbaar op 15 mei 2024
938-1062