ECLI:NL:RVS:2024:2005
Raad van State
- Hoger beroep
- H.G. Sevenster
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen de maatregel van bewaring van een vreemdeling en de afwijzing van het herzieningsverzoek
Op 24 februari 2023 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een vreemdeling in bewaring gesteld. De rechtbank heeft op 28 november 2023 het beroep van de vreemdeling tegen het voortduren van de maatregel van bewaring ongegrond verklaard en een verzoek om schadevergoeding afgewezen. Vervolgens heeft de rechtbank op 28 december 2023 zich onbevoegd verklaard om kennis te nemen van een nieuw vervolgberoep en het verzoek om herziening van de uitspraak van 28 november 2023 afgewezen. De vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. H. Drenth, heeft hoger beroep ingesteld tegen deze uitspraak.
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 13 mei 2024 uitspraak gedaan. De rechtbank had in haar eerdere uitspraak op 28 november 2023 geen hoger beroep kunnen toestaan tegen het voortduren van de maatregel van bewaring, omdat dit in beginsel niet mogelijk is volgens de wet. De Afdeling oordeelt dat de vreemdeling geen redenen heeft aangevoerd die het hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank op het vervolgberoep in behandeling kunnen nemen. Het verbod op hoger beroep kan alleen worden doorbroken als er sprake is van een oneerlijk proces, wat hier niet het geval is.
Wat betreft het herzieningsverzoek, heeft de rechtbank terecht geoordeeld dat dit verzoek niet voldoet aan de voorwaarden voor herziening zoals gesteld in de Algemene wet bestuursrecht. De vreemdeling had voor de uitspraak van 28 november 2023 al redelijkerwijs kennis kunnen nemen van de feiten en omstandigheden die hij aan zijn verzoek ten grondslag heeft gelegd. De Afdeling bevestigt de uitspraak van de rechtbank, voor zover deze het verzoek om herziening heeft afgewezen, en verklaart zich onbevoegd om van het hoger beroep kennis te nemen voor zover dit gericht is tegen de beslissing van de rechtbank op het vervolgberoep.