ECLI:NL:RVS:2024:1572

Raad van State

Datum uitspraak
11 april 2024
Publicatiedatum
17 april 2024
Zaaknummer
202307520/2/R2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
  • H.G. Sevenster
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek om voorlopige voorziening tegen bestemmingsplan Verbindingsweg Kempenweg-Eindhovensedijk

Op 11 april 2024 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan op het verzoek van de Vereniging Buurtgroep de Kemmer, gevestigd in Oirschot, om een voorlopige voorziening te treffen tegen het besluit van de raad van de gemeente Oirschot van 26 september 2023. Dit besluit betreft de vaststelling van het bestemmingsplan 'Verbindingsweg Kempenweg-Eindhovensedijk'. De buurtgroep vorderde een voorlopige voorziening om onomkeerbare schade aan de natuur te voorkomen, waaronder de kap van bomen en bosschages, die zou kunnen voortvloeien uit de aanleg van de verbindingsweg die het bestemmingsplan mogelijk maakt.

Tijdens de zitting op 11 april 2024 werd duidelijk dat het verzoek niet betrekking had op de uitvoering van deelfase 2a van de verbindingsweg, zoals vermeld in de raadsinformatiebrief van het college van burgemeester en wethouders van Oirschot van 9 april 2024. De voorzieningenrechter overwoog dat de raad had aangegeven dat met de uitvoering van de overige deelfasen van de verbindingsweg, te weten deelfasen 2b, 2c en 2d, gewacht zou worden op de uitspraak in de bodemprocedure. Tot die tijd zouden er enkel voorbereidende werkzaamheden, zoals bodemonderzoek, plaatsvinden, waardoor volgens de raad geen onomkeerbare schade aan de natuur zou optreden.

Gelet op deze overwegingen concludeerde de voorzieningenrechter dat er geen spoedeisend belang was bij het verzoek van de buurtgroep en wees het verzoek af. De raad van de gemeente Oirschot werd niet verplicht om de proceskosten te vergoeden. De uitspraak benadrukt het belang van het afwegen van belangen in bestuursrechtelijke procedures, vooral wanneer het gaat om milieuvraagstukken en de bescherming van de natuur.

Uitspraak

202307520/2/R2.
Datum uitspraak: 11 april 2024
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
PROCES-VERBAAL van de mondelinge uitspraak van de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op het verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen:
Vereniging Buurtgroep de Kemmer en [verzoeker], gevestigd en wonende te Oirschot (hierna samen en in enkelvoud: de buurtgroep),
verzoeker,
en
de raad van de gemeente Oirschot,
verweerder.
Openbare zitting gehouden op 11 april 2024 om 11:15 uur.
Tegenwoordig:
Staatsraad mr. H.G. Sevenster, voorzieningenrechter
griffier: mr. J.E.H.J. Vollaers
Verschenen:
De buurtgroep, vertegenwoordigd door [verzoeker] en [gemachtigde];
De raad van de gemeente Oirschot, vertegenwoordigd door mr. M.C. Siecker;
Het verzoek richt zich tegen het besluit van raad van 26 september 2023, waarbij het bestemmingsplan "Verbindingsweg Kempenweg-Eindhovensedijk" is vastgesteld. De buurtgroep heeft de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter wijst het verzoek af.
Daartoe overweegt de voorzieningenrechter het volgende.
Ter zitting is gebleken dat het verzoek is gericht op het voorkomen van onomkeerbare schade aan de natuur, waaronder de kap van bomen en bosschages, als gevolg van de aanleg van de verbindingsweg die het plan mogelijk maakt. Ook is ter zitting duidelijk geworden dat het verzoek geen betrekking heeft op de uitvoering van deelfase 2a van de verbindingsweg, zoals geduid in de raadsinformatiebrief van het college van burgemeester en wethouders van Oirschot van 9 april 2024, die de raad ter zitting heeft overgelegd (hierna: de raadsinformatiebrief).
Verder is ter zitting door de raad te kennen gegeven dat met de uitvoering van de overige deelfasen van de verbindingsweg, dat zijn deelfasen 2b, 2c en 2d zoals geduid in de raadsinformatiebrief, zal worden gewacht op de uitspraak van de Afdeling in de bodemprocedure. Dit is bevestigd met het overleggen van de raadsinformatiebrief. Door de raad is toegelicht dat ter plaatse van de gronden waarop deze overige deelfasen betrekking hebben uitsluitend voorbereidende werkzaamheden zoals bodemonderzoek zullen worden verricht. Daarmee zal volgens de raad geen onomkeerbare schade aan de natuur worden toegebracht, zoals het kappen van bomen en bosschages.
Gelet hierop zal datgene wat de buurtgroep met zijn verzoek beoogt te voorkomen zich niet voordoen. Daarom is er geen spoedeisend belang bij het verzoek en wijst de voorzieningenrechter het verzoek af.
De raad hoeft geen proceskosten te vergoeden.
w.g. Sevenster
voorzieningenrechter
w.g. Vollaers
griffier
880