ECLI:NL:RVS:2023:3746
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in vreemdelingenrechtelijke overdracht aan België
Op 9 oktober 2023 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om voorlopige voorziening. De vreemdeling had bezwaar gemaakt tegen haar feitelijke overdracht aan België, zoals bepaald door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid in een besluit van 21 april 2023. De rechtbank Den Haag had eerder, op 12 juli 2023, het beroep van de vreemdeling ongegrond verklaard. Hierop heeft de vreemdeling hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening, zodat zij niet zou worden overgedragen voordat er op het hoger beroep was beslist.
De voorzieningenrechter heeft overwogen dat het hoger beroep nader onderzoek vergt, mede in het licht van een arrest van het Hof van Justitie van 30 maart 2023. Dit arrest en de aanstaande zittingen over het interstatelijk vertrouwensbeginsel voor België maken dat de procedure zich niet goed leent voor een snelle beslissing. Daarom heeft de voorzieningenrechter besloten om de voorlopige voorziening te treffen, zodat de vreemdeling niet wordt overgedragen totdat er een beslissing is genomen op het hoger beroep.
Daarnaast is de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van de vreemdeling, die zijn vastgesteld op € 837,00, geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand. De uitspraak is openbaar gedaan op 9 oktober 2023.