ECLI:NL:RVS:2023:3672

Raad van State

Datum uitspraak
5 oktober 2023
Publicatiedatum
4 oktober 2023
Zaaknummer
202305572/2/R4
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek om voorlopige voorziening tegen bestemmingsplan voor evenementenlocatie in Beuningen

Op 5 oktober 2023 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening in een geschil tussen verzoekers, wonend te Winssen, gemeente Beuningen, en de raad van de gemeente Beuningen. Het geschil betreft het bestemmingsplan "Plakstraat 8a Winssen", dat op 11 juli 2023 door de raad is vastgesteld. In het plangebied bevinden zich een fruitboomgaard en een kas, waar sinds 2016 evenementen plaatsvinden. Het college van burgemeester en wethouders heeft hiervoor meerdere tijdelijke vergunningen verleend, en op 17 december 2021 is er een omgevingsvergunning verleend aan een bedrijf, waardoor het plangebied tot en met 31 december 2024 als evenementenlocatie mag worden gebruikt.

Verzoekers hebben beroep ingesteld tegen het bestemmingsplan en verzocht om een voorlopige voorziening. Tijdens de zitting op 22 september 2023 is het verzoek behandeld. De voorzieningenrechter overweegt dat, hoewel het bestemmingsplan het mogelijk maakt om meer grote evenementen te organiseren, de reeds verleende omgevingsvergunning al evenementen toestaat. Dit betekent dat schorsing van het bestemmingsplan de ervaren geluid- en parkeeroverlast niet zou wegnemen. De voorzieningenrechter concludeert dat er onvoldoende aanleiding is om een voorlopige voorziening te treffen, vooral omdat de grote evenementen voornamelijk in de periode van mei tot en met september plaatsvinden, en het onwaarschijnlijk is dat er in de komende periode veel gebruik zal worden gemaakt van de locatie voor dergelijke evenementen.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek af en oordeelt dat de raad geen proceskosten hoeft te vergoeden. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 5 oktober 2023.

Uitspraak

202305572/2/R4.
Datum uitspraak: 5 oktober 2023
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen:
[verzoeker A] en [verzoeker B], wonend te Winssen, gemeente Beuningen,
verzoekers,
en
de raad van de gemeente Beuningen,
verweerder.
Procesverloop
Bij besluit van 11 juli 2023 heeft de raad het bestemmingsplan "Plakstraat 8a Winssen" vastgesteld.
Tegen dit besluit hebben [verzoekers] beroep ingesteld. Verder hebben zij de voorzieningenrechter binnen de beroepstermijn verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
[partij A], [partij B] en [partij C], h.o.d.n. "[bedrijf]" hebben een schriftelijke uiteenzetting gegeven.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek op een zitting behandeld op 22 september 2023, waar [verzoeker A], bijgestaan door mr. G.T. van de Weerdt, rechtsbijstandverlener te Leusden, is verschenen en de raad, vertegenwoordigd door S.H. Geurtse, aan de zitting heeft deelgenomen via een videoverbinding. Voorts is ter zitting [bedrijf], vertegenwoordigd door [partij B], via een videoverbinding als partij gehoord.
Overwegingen
1.       Het oordeel van de voorzieningenrechter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.
2.       In het plangebied bevinden zich een fruitboomgaard en een kas. Sinds 2016 vinden daar evenementen plaats. Het college van burgemeester en wethouders van Beuningen heeft hiervoor meerdere keren tijdelijke vergunningen verleend. Op 17 december 2021 heeft het college opnieuw een omgevingsvergunning verleend aan [bedrijf] waardoor zij tot en met 31 december 2024 het plangebied mag gebruiken als evenementenlocatie. Met het plan is bedoeld het gebruik als evenementenlocatie onder voorwaarden permanent planologisch mogelijk te maken.
3.       Het perceel waarop [verzoekers] wonen grenst direct aan het plangebied. Zij ervaren geluid- en parkeeroverlast van de evenementen en willen niet dat het gebruik als evenementenlocatie met dit plan permanent planologisch mogelijk wordt en dat er bovendien vaker evenementen met grote groepen gasten mogen plaatsvinden. Met name hierom hebben zij beroep ingesteld tegen het plan en een verzoek om voorlopige voorziening ingediend.
4.       De voorzieningenrechter overweegt dat, doordat het college aan [bedrijf] een omgevingsvergunning heeft verleend, in het plangebied al evenementen mogen plaatsvinden. Schorsing van het bestemmingsplan maakt dit niet anders en zou de door [verzoekers] ervaren geluid- en parkeeroverlast dus niet kunnen wegnemen. Hoewel het op basis van het plan mogelijk wordt gemaakt om jaarlijks meer grote evenementen te organiseren dan op basis van de verleende omgevingsvergunning is toegestaan, ziet de voorzieningenrechter hierin onvoldoende reden voor het treffen van een voorlopige voorziening. Daarbij betrekt de voorzieningenrechter dat op zitting is gebleken dat tussen partijen niet in geschil is dat dergelijke grote evenementen vooral in de periode mei tot en met september plaatsvinden, waardoor het de verwachting is dat de locatie in de komende periode niet of nauwelijks gebruikt zal worden om dergelijke grote evenementen te organiseren.
5.       Gelet hierop, ziet de voorzieningenrechter in wat [verzoekers] hebben aangevoerd onvoldoende aanleiding om een voorlopige voorziening te treffen.
6.       De raad hoeft geen proceskosten te vergoeden.
Beslissing
De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
wijst het verzoek af.
Aldus vastgesteld door mr. P.H.A. Knol, voorzieningenrechter, in tegenwoordigheid van mr. D.I. van Kesteren, griffier.
w.g. Knol
voorzieningenrechter
w.g. Van Kesteren
griffier
Uitgesproken in het openbaar op 5 oktober 2023
897