ECLI:NL:RVS:2023:3443

Raad van State

Datum uitspraak
12 september 2023
Publicatiedatum
12 september 2023
Zaaknummer
202305418/2/V2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorlopige voorziening in vreemdelingenrechtelijke zaak betreffende machtiging tot voorlopig verblijf

Op 12 september 2023 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak waarin de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag om een machtiging tot voorlopig verblijf voor een vreemdeling had afgewezen. Dit besluit was genomen op 12 februari 2021. De vreemdeling had bezwaar gemaakt tegen deze afwijzing, maar de staatssecretaris verklaarde dit bezwaar ongegrond bij besluiten van 31 maart 2022 en 23 december 2022. De rechtbank Den Haag, zittingsplaats 's-Hertogenbosch, heeft op 25 juli 2023 het beroep van de vreemdeling gegrond verklaard en het besluit van de staatssecretaris vernietigd, met de opdracht om een nieuw besluit te nemen.

Tegen deze uitspraak heeft de staatssecretaris hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft in zijn beslissing bepaald dat de staatssecretaris geen uitvoering hoeft te geven aan de uitspraak van de rechtbank totdat de Afdeling op het hoger beroep heeft beslist. Dit betekent dat de status van de vreemdeling voorlopig ongewijzigd blijft totdat er een definitieve uitspraak is gedaan in de hoger beroepsprocedure.

De uitspraak is gedaan door mr. A.J.C. de Moor-van Vugt, in tegenwoordigheid van griffier mr. E.L. Iedema, en is openbaar uitgesproken op 12 september 2023.

Uitspraak

202305418/2/V2.
Datum uitspraak: 12 september 2023
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht), met toepassing van artikel 8:83, derde lid, van die wet, hangende het hoger beroep van:
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
verzoeker,
tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag, zittingsplaats 's­Hertogenbosch van 25 juli 2023 in zaak nr. NL22.7133 in het geding tussen:
[de vreemdeling],
en
de staatssecretaris.
Procesverloop
Bij besluit van 12 februari 2021 heeft de staatssecretaris een aanvraag om de vreemdeling een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen, afgewezen.
Bij besluit van 31 maart 2022, aangevuld bij besluit van 23 december 2022, heeft de staatssecretaris het daartegen door de vreemdeling gemaakte bezwaar ongegrond verklaard.
Bij tussenuitspraak van 23 mei 2023 heeft de rechtbank de staatssecretaris in de gelegenheid gesteld om een aan dat besluit klevend gebrek te herstellen.
Bij brief van 6 juni 2023 heeft de staatssecretaris de rechtbank medegedeeld geen gebruik te maken van de in de tussenuitspraak geboden gelegenheid.
Bij uitspraak van 25 juli 2023 heeft de rechtbank het tegen het besluit van 31 maart 2022 door de vreemdeling ingestelde beroep gegrond verklaard, dat besluit, aangevuld bij besluit van 23 december 2022, vernietigd en bepaald dat de staatssecretaris een nieuw besluit op het gemaakte bezwaar neemt met inachtneming van de uitspraak.
Tegen deze uitspraak heeft de staatssecretaris hoger beroep ingesteld. Ook heeft hij de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
De vreemdeling heeft een schriftelijke uiteenzetting gegeven.
Overwegingen
Beslissing
De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
bepaalt bij wijze van voorlopige voorziening dat de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid geen uitvoering hoeft te geven aan de uitspraak van de rechtbank voordat de Afdeling op het hoger beroep heeft beslist.
Aldus vastgesteld door mr. A.J.C. de Moor-van Vugt, voorzieningenrechter, in tegenwoordigheid van mr. E.L. Iedema, griffier.
w.g. De Moor-van Vugt
voorzieningenrechter
w.g. Iedema
griffier
Uitgesproken in het openbaar op 12 september 2023
915