ECLI:NL:RVS:2023:3435
Raad van State
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen de bewaring van een vreemdeling door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
Op 11 september 2023 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een hoger beroep van een vreemdeling tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Den Haag. De vreemdeling was op 21 april 2023 in bewaring gesteld door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. De rechtbank had op 2 juni 2023 het beroep van de vreemdeling ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. De vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. H. Halfers, heeft hiertegen hoger beroep ingesteld.
De Raad van State heeft in zijn uitspraak de motivering van de rechtbank overgenomen en geconcludeerd dat het hoger beroep niet leidt tot vernietiging van de eerdere uitspraak. De rechtbank had terecht geoordeeld en de Afdeling zag geen aanleiding om de bewaring onrechtmatig te achten. De staatssecretaris hoeft geen proceskosten te vergoeden. De uitspraak bevestigt de eerdere beslissing van de rechtbank, waarmee de vreemdeling in zijn verzoeken niet in het gelijk is gesteld.
De uitspraak is openbaar uitgesproken op 11 september 2023, en de betrokken rechters zijn mr. C.M. Wissels, lid van de enkelvoudige kamer, en mr. W.M. Vos, griffier. De zaak betreft bestuursrecht en vreemdelingenrecht, en is geregistreerd onder zaaknummer 202303639/1/V3.