ECLI:NL:RVS:2023:3252

Raad van State

Datum uitspraak
28 augustus 2023
Publicatiedatum
25 augustus 2023
Zaaknummer
202301663/2/V3
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorlopige voorziening in vreemdelingenrechtelijke zaak met betrekking tot terugkeerbesluit en bewaring

Op 28 februari 2023 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een eerder genomen terugkeerbesluit aangevuld en de vreemdeling in bewaring gesteld. De vreemdeling heeft hiertegen beroep aangetekend bij de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Rotterdam. Bij uitspraak van 14 maart 2023 heeft de rechtbank de beroepen van de vreemdeling ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. Hierop heeft de vreemdeling hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening.

De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 28 augustus 2023 uitspraak gedaan op het verzoek om een voorlopige voorziening. De vreemdeling heeft verzocht om de maatregel van bewaring op te heffen. De voorzieningenrechter heeft overwogen dat het op dat moment niet aannemelijk is dat de uitspraak van de rechtbank in hoger beroep zal worden vernietigd. Daarom heeft de voorzieningenrechter besloten de maatregel van bewaring niet op te heffen.

Het verzoek van de vreemdeling is afgewezen en de staatssecretaris is niet verplicht om de proceskosten te vergoeden. De uitspraak is gedaan door mr. C.C.W. Lange, voorzieningenrechter, in tegenwoordigheid van mr. T.W.A. Weber, griffier, en is uitgesproken in het openbaar op 28 augustus 2023.

Uitspraak

202301663/2/V3.
Datum uitspraak: 28 augustus 2023
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht), met toepassing van artikel 8:83, derde lid, van die wet, hangende het hoger beroep van:
[de vreemdeling],
verzoeker,
tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Rotterdam, van 14 maart 2023 in zaken nrs. NL23.6181 en NL23.6655 in het geding tussen:
de vreemdeling
en
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid.
Procesverloop
Op 28 februari 2023 heeft de staatssecretaris een eerder genomen terugkeerbesluit aangevuld en de vreemdeling in bewaring gesteld.
Bij uitspraak van 14 maart 2023 heeft de rechtbank de daartegen door de vreemdeling ingestelde beroepen ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen.
Tegen deze uitspraak heeft de vreemdeling hoger beroep ingesteld. Ook heeft hij de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
Overwegingen
1.       De vreemdeling heeft de voorzieningenrechter verzocht de maatregel van bewaring op te heffen.
2.       Het is op dit moment niet aannemelijk dat de uitspraak van de rechtbank in hoger beroep zal worden vernietigd. Daarom heft de voorzieningenrechter de maatregel niet op.
3.       Het verzoek wordt afgewezen. De staatssecretaris hoeft geen proceskosten te vergoeden.
Beslissing
De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
wijst het verzoek af.
Aldus vastgesteld door mr. C.C.W. Lange, voorzieningenrechter, in tegenwoordigheid van mr. T.W.A. Weber, griffier.
w.g. Lange
voorzieningenrechter
w.g. Weber
griffier
Uitgesproken in het openbaar op 28 augustus 2023
846