ECLI:NL:RVS:2023:1597
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak tegen staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
Op 25 maart 2023 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van een vreemdeling om een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd afgewezen. De vreemdeling heeft hiertegen beroep ingesteld bij de rechtbank Den Haag, die op 4 april 2023 de aanvraag ongegrond verklaarde. De vreemdeling heeft vervolgens hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening, zodat zijn voorgenomen uitzetting op 25 april 2023 achterwege blijft.
De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 24 april 2023 uitspraak gedaan. De rechter heeft vastgesteld dat de noodzakelijke stukken voor de beoordeling van het hoger beroep nog niet zijn ontvangen. Daarom heeft de voorzieningenrechter besloten om bij wijze van ordemaatregel de voorgenomen uitzetting van de vreemdeling op 25 april 2023 te schorsen. Dit betekent dat de vreemdeling niet op die datum kan worden uitgezet.
Daarnaast heeft de voorzieningenrechter de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten die de vreemdeling heeft gemaakt in verband met de behandeling van het verzoek. De totale kosten zijn vastgesteld op € 837,00, welke geheel zijn toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand. De uitspraak is openbaar gedaan en ondertekend door de voorzieningenrechter en de griffier.