Uitspraak
Datum beslissing: 7 maart 2023
BESTUURSRECHTSPRAAK
voorzitter
Raad van State
In de zaak met nummer 202104776/2/R2 heeft mr. B.P.M. van Ravels, als voorzitter van de meervoudige kamer van de Raad van State, op 6 maart 2023 een verzoek ingediend om zich te mogen verschonen van de behandeling van de zaak die op 9 maart 2023 op zitting zou worden behandeld. Dit verzoek is gedaan op basis van artikel 8:19, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), dat de mogelijkheid biedt voor rechters om zich te verschonen op grond van feiten en omstandigheden die de onpartijdigheid zouden kunnen schaden. De staatsraad heeft aangegeven dat zijn dochter werkzaam is bij advocatenkantoor AKD, dat de gemeente Goirle vertegenwoordigt in deze procedure. Om elke schijn van vooringenomenheid te vermijden, heeft hij verzocht om verschoning.
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft het verzoek op 7 maart 2023 beoordeeld en geconcludeerd dat de motivering van de staatsraad gerechtvaardigd is. Gezien de omstandigheden en de betrokkenheid van het advocatenkantoor, heeft de Afdeling besloten het verzoek om verschoning toe te wijzen. Dit besluit is genomen in aanwezigheid van de andere leden van de kamer, mr. C.H.M. van Altena en mr. E. Steendijk, en griffier mr. N. Tibold. De uitspraak is openbaar gemaakt op dezelfde datum, 7 maart 2023.