ECLI:NL:RVS:2022:83

Raad van State

Datum uitspraak
12 januari 2022
Publicatiedatum
12 januari 2022
Zaaknummer
202108026/1/A2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Mondelinge uitspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen besluit centraal stembureau inzake inschrijving politieke groepering Maastricht Vooruit

In deze zaak gaat het om een beroep tegen het besluit van het centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de raad van de gemeente Maastricht, genomen op 21 december 2021. Dit besluit betrof de inschrijving van de politieke groepering Maastricht Vooruit onder de aanduiding ‘Maastricht Vooruit’ in het register voor de verkiezingen. Het beroep werd ingediend door [appellant], al dan niet namens de gestelde informele vereniging Maastricht Vooruit. De mondelinge uitspraak vond plaats op 12 januari 2022, waarbij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State de zaak behandelde.

Tijdens de zitting, die openbaar was, waren de Staatsraden C.J. Borman (voorzitter), J.E.M. Polak en G.O. van Veldhuizen aanwezig, evenals griffier M. Rijsdijk. De vertegenwoordiger van het centraal stembureau, E. Houben-Hartog, was via videoverbinding aanwezig, terwijl de Kiesraad werd vertegenwoordigd door mr. R.N.A. Al.

De Afdeling verklaarde het beroep niet-ontvankelijk. Dit besluit was gebaseerd op het feit dat voor het indienen van het beroep griffierecht verschuldigd was. De indiener was bij brief van 24 december 2021 gewezen op deze verplichting en op de consequenties van het niet tijdig betalen van het griffierecht. Het griffierecht diende uiterlijk op 10 januari 2022 betaald te zijn, maar dit was niet gebeurd. Daarnaast werd vastgesteld dat [appellant] geen belanghebbende was bij het besluit, waardoor ook zijn beroep niet-ontvankelijk werd verklaard. De uitspraak werd gedaan in het openbaar op 12 januari 2022.

Uitspraak

202108026/1/A2.
Datum uitspraak: 12 januari 2022
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
PROCES-VERBAAL van de mondelinge uitspraak (artikel 8:67 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen:
[appellant], al dan niet namens de gestelde informele vereniging Maastricht Vooruit,
appellant,
en
het centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de raad van de gemeente Maastricht (hierna: het centraal stembureau),
verweerder.
Openbare zitting gehouden op 12 januari 2022 om 11:15 uur.
Tegenwoordig:
Staatsraad mr. C.J. Borman, voorzitter
Staatsraad mr. J.E.M. Polak, lid
Staatsraad mr. G.O. van Veldhuizen, lid
griffier: mr. M. Rijsdijk
Verschenen:
Het centraal stembureau, vertegenwoordigd door E. Houben-Hartog (via videoverbinding);
De Kiesraad, vertegenwoordigd door mr. R.N.A. Al.
Het beroep richt zich tegen het besluit van het centraal stembureau van 21 december 2021, waarbij voor de politieke groepering Maastricht Vooruit de aanduiding ‘Maastricht Vooruit’ is ingeschreven in het register voor de verkiezing van de leden van de raad van de gemeente Maastricht.
Beslissing
De Afdeling verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Gronden
•       Voor het beroep is griffierecht verschuldigd.
•       De indiener is hierop bij brief van 24 december 2021 gewezen, waarbij is vermeld dat er rekening mee diende te worden gehouden dat het beroep niet-ontvankelijk zou worden verklaard als het verschuldigde griffierecht niet tijdig zou zijn betaald. Verder is ook vermeld dat er vanwege de versnelde behandeling geen tweede termijn zou worden geboden.
•       Voorzover het beroep is ingediend door de gestelde informele vereniging Maastricht Vooruit is het niet-ontvankelijk. Het door haar verschuldigde griffierecht diende op maandag 10 januari 2022 op de rekening van de Raad van State te zijn bijgeschreven of contant te zijn betaald op het adres van de Raad van State. Het verschuldigde bedrag is niet binnen de gestelde termijn betaald.
•       Voorzover het beroep is ingediend door [appellant] zelf is het eveneens niet-ontvankelijk. [appellant] is namelijk geen belanghebbende bij het besluit. Ook als hij deel uitmaakt van de gestelde informele vereniging heeft hij slechts een van deze vereniging afgeleid belang en geen eigen belang.
w.g. Borman
voorzitter
w.g. Rijsdijk
griffier
Uitgesproken in het openbaar op 12 januari 2022
705