ECLI:NL:RVS:2022:733

Raad van State

Datum uitspraak
16 maart 2022
Publicatiedatum
14 maart 2022
Zaaknummer
202003559/2/R2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Schorsing bestemmingsplan Tilburg wegens bezonningssituatie en proceskostenvergoeding

Op 16 maart 2022 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak waarin de Vereniging van Eigenaars Hoge Torenwoningen Complex Pieter Vreedeplein 52 t/m 79 te Tilburg en anderen (hierna: de vereniging en anderen) een voorlopige voorziening vroegen tegen het besluit van de raad van de gemeente Tilburg van 6 april 2020. Dit besluit betrof de wijziging van het bestemmingsplan "Binnenstad 2010 9e herziening (woongebouw Pieter Vreedeplein)", dat de bouw van een woontoren van maximaal 63,5 meter hoog met commerciële functies in de eerste twee verdiepingen mogelijk maakt. De vereniging en anderen vrezen voor aantasting van hun woon- en leefgebied door de realisatie van deze woontoren en hebben de voorzieningenrechter verzocht om het besluit te schorsen totdat er een einduitspraak in de bodemprocedure is gedaan.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek behandeld op 25 januari 2022, waarbij de vereniging en anderen vertegenwoordigd waren door hun advocaat, mr. A.M. Plooij, en de raad door mr. T.E.P.A. Lam, bijgestaan door D.J. Kersten. Winkelrondje Tilburg B.V. was ook partij in de procedure. De voorzieningenrechter oordeelde dat het bestemmingsplan onduidelijkheden bevatte met betrekking tot de bezonningssituatie, wat aanleiding gaf om het besluit te schorsen. De raad werd opgedragen om binnen 20 weken het gebrek te herstellen.

In de beslissing werd de raad van de gemeente Tilburg veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van de vereniging en anderen, tot een bedrag van € 1.518,00, en het griffierecht van € 354,00. De voorzieningenrechter benadrukte dat zijn oordeel voorlopig is en niet bindend in de bodemprocedure. De uitspraak werd openbaar gemaakt op 16 maart 2022.

Uitspraak

202003559/2/R2.
Datum uitspraak: 16 maart 2022
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen:
de Vereniging van Eigenaars Hoge Torenwoningen Complex Pieter Vreedeplein 52 t/m 79 te Tilburg en anderen (hierna: de vereniging en anderen), gevestigd en wonende te Tilburg,
verzoekers,
en
de raad van de gemeente Tilburg,
verweerder.
Procesverloop
Bij besluit van 6 april 2020 heeft de raad het bestemmingsplan "Binnenstad 2010 9e herziening (woongebouw Pieter Vreedeplein)" gewijzigd vastgesteld.
Tegen dit besluit hebben de vereniging en anderen beroep ingesteld.
De vereniging en anderen hebben de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
De raad heeft een verweerschrift ingediend.
De vereniging en anderen, de raad en Winkelrondje Tilburg B.V. hebben nadere stukken ingediend.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek ter zitting behandeld op 25 januari 2022, waar de vereniging en anderen, vertegenwoordigd door mr. A.M. Plooij, advocaat te Deurne, en de raad, vertegenwoordigd door mr. T.E.P.A. Lam, advocaat te Nijmegen, bijgestaan door D.J. Kersten, zijn verschenen. Voorts is ter zitting Winkelrondje Tilburg B.V., ook vertegenwoordigd door mr. Lam, bijgestaan door [gemachtigden], als partij gehoord.
Overwegingen
1.       Het oordeel van de voorzieningenrechter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.
2.       Het bestemmingsplan "Binnenstad 2010 9e herziening (woongebouw Pieter Vreedeplein)" maakt het mogelijk dat binnen het plangebied aan het Pieter Vreedeplein in de binnenstad van Tilburg een woontoren van maximaal 63,5 m hoog met commerciële functies in de eerste twee bovengrondse verdiepingen wordt gerealiseerd. De vereniging en anderen wonen in de directe omgeving van het plangebied. Zij vrezen voor aantasting van hun woon- en leefgebied als gevolg van de woontoren. Zij hebben de voorzieningenrechter gevraagd het besluit tot vaststelling van het bestemmingsplan te schorsen totdat de Afdeling uitspraak heeft gedaan in de bodemprocedure.
3.       Winkelrondje Tilburg B.V. heeft op 21 december 2021 een omgevingsvergunning aangevraagd voor de bouw van 130 appartementen en commerciële ruimten. Omdat de omgevingsvergunning op basis van het bestemmingsplan kan worden verleend, hebben de vereniging en anderen een spoedeisend belang bij schorsing van het bestemmingsplan.
4.       De Afdeling heeft in een tussenuitspraak van heden, (ECLI:NL:RVS:2022:732), over het tegen het bestemmingsplan ingestelde beroep geoordeeld dat onduidelijk is welke norm als uitgangspunt heeft te gelden bij de beoordeling van de vraag of sprake is van een aanvaardbare bezonningssituatie. Daaruit vloeit voort dat onvoldoende is gemotiveerd wat, uitgaande van de te hanteren norm, de consequenties zijn voor de bezonningssituatie als gevolg van het plan. De Afdeling heeft de raad in de tussenuitspraak opgedragen om binnen 20 weken na de verzending van de tussenuitspraak met inachtneming van hetgeen daarin is overwogen het daar omschreven gebrek te herstellen. De voorzieningenrechter ziet gelet daarop en bij afweging van alle betrokken belangen en om onomkeerbare gevolgen te voorkomen voordat einduitspraak wordt gedaan op het beroep tegen het bestemmingsplan, aanleiding de hierna te melden voorlopige voorziening te treffen.
5.       De raad moet de proceskosten vergoeden.
Beslissing
De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
I.        schorst bij wijze van voorlopige voorziening het besluit van de raad van de gemeente Tilburg van 6 april 2020, waarbij het bestemmingsplan "Binnenstad 2010 9e herziening (woongebouw Pieter Vreedeplein)" gewijzigd is vastgesteld, totdat in een einduitspraak op het beroep tegen dat bestemmingsplan is beslist en die einduitspraak openbaar is gemaakt;
II.       veroordeelt de raad van de gemeente Tilburg tot vergoeding van bij de Vereniging van Eigenaars Hoge Torenwoningen Complex Pieter Vreedeplein 52 t/m 79 te Tilburg en anderen in verband met de behandeling van het verzoek opgekomen proceskosten tot een bedrag van € 1.518,00, geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand, met dien verstande dat bij betaling van genoemd bedrag aan een van hen het bestuursorgaan aan zijn betalingsverplichting heeft voldaan;
III.      gelast dat de raad van de gemeente Tilburg aan de Vereniging van Eigenaars Hoge Torenwoningen Complex Pieter Vreedeplein 52 t/m 79 te Tilburg en anderen het door hen voor de behandeling van het verzoek betaalde griffierecht ten bedrage van € 354,00 vergoedt, met dien verstande dat bij betaling van genoemd bedrag aan een van hen het bestuursorgaan aan zijn betalingsverplichting heeft voldaan.
Aldus vastgesteld door mr. R. Uylenburg, voorzieningenrechter, in tegenwoordigheid van mr. M.C. van Engelen, griffier.
De voorzieningenrechter is verhinderd de uitspraak te ondertekenen.
De griffier is verhinderd de uitspraak te ondertekenen.
Uitgesproken in het openbaar op 16 maart 2022
842