ECLI:NL:RVS:2022:456

Raad van State

Datum uitspraak
11 februari 2022
Publicatiedatum
11 februari 2022
Zaaknummer
202200880/1/A2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Mondelinge uitspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen besluit centraal stembureau gemeenteraadsverkiezingen Someren

In deze zaak gaat het om een beroep van E. van Rinsum tegen het besluit van het centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de gemeenteraad van Someren, genomen op 4 februari 2022. Dit besluit betreft de geldigheid en nummering van de kandidatenlijsten voor de gemeenteraadsverkiezingen die op 16 maart 2022 plaatsvinden. Van Rinsum heeft een kandidatenlijst ingeleverd met de aanduiding 'Partij van de Arbeid (P.v.d.A)', maar stelt dat er een vergissing is gemaakt. Op de ingeleverde lijst staan elf kandidaten, terwijl er twaalf namen, inclusief bereidheidsverklaringen, op de lijst vermeld zouden moeten zijn.

De mondelinge uitspraak vond plaats op 11 februari 2022, waarbij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State de zaak behandelde. De voorzitter van de zitting was Staatsraad mr. C.J. Borman, bijgestaan door mr. J.A.W. Scholten-Hinloopen en mr. J.M.L. Niederer. De griffier was mr. R.J.R. Hazen. Tijdens de zitting werd het centraal stembureau vertegenwoordigd door K.M.H.A. Mulder en de Kiesraad door mr. R.N.A. Al.

De Afdeling heeft het beroep ongegrond verklaard. De gronden voor deze beslissing zijn dat Van Rinsum op 31 januari 2022 een kandidatenlijst heeft ingeleverd met daarop elf kandidaten. Volgens de Kieswet is het niet mogelijk om na deze datum een kandidaat toe te voegen. Er is geen mogelijkheid tot herstel van het verzuim, en er zijn geen gronden gevonden om het besluit van 4 februari 2022 onjuist te achten. De uitspraak bevestigt de geldigheid van de kandidatenlijst zoals deze door het centraal stembureau is vastgesteld.

Uitspraak

202200880/1/A2.
Datum uitspraak: 11 februari 2022
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
PROCES-VERBAAL van de mondelinge uitspraak (artikel 8:67 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen:
E. van Rinsum, wonend te Someren,
appellant,
en
het centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de gemeenteraad van Someren (hierna: het centraal stembureau),
verweerder.
Openbare zitting gehouden op 11 februari 2022 om 15:00 uur.
Tegenwoordig:
Staatsraad mr. C.J. Borman, voorzitter
Staatsraad mr. J.A.W. Scholten-Hinloopen, lid
Staatsraad mr. J.M.L. Niederer, lid
griffier: mr. R.J.R. Hazen
Verschenen:
het centraal stembureau, vertegenwoordigd door K.M.H.A. Mulder
de Kiesraad, vertegenwoordigd door mr. R.N.A. Al;
Het beroep richt zich tegen het besluit van het centraal stembureau van 4 februari 2022 over de geldigheid en nummering van de kandidatenlijsten en het handhaven van de kandidaten op, en de aanduidingen bovenaan, de kandidatenlijsten voor de verkiezing van de leden van de gemeenteraad van Someren van 16 maart 2022. Bij dat besluit heeft het centraal stembureau onder meer de door Van Rinsum ingeleverde kandidatenlijst met de aanduiding ‘Partij van de Arbeid (P.v.d.A)’ geldig verklaard. Van Rinsum voert aan dat hierbij een vergissing is gemaakt. Op deze lijst staan elf kandidaten, terwijl twaalf namen, inclusief bereidheidsverklaringen, zijn vermeld op de lijst die op 31 januari 2022 is ingeleverd.
De Afdeling verklaart het beroep ongegrond.
Gronden:
-        Op 31 januari 2022 heeft Van Rinsum bij het centraal stembureau een kandidatenlijst (model H-l) ingeleverd met daarop elf kandidaten. Toevoeging van een kandidaat na deze datum is niet mogelijk. Het bepaalde in artikel I 2 van de Kieswet voorziet niet in een mogelijkheid tot herstel van dit verzuim.
-        In het betoog is geen grond te vinden voor het oordeel dat het besluit van 4 februari 2022, voor zover dat op de kandidatenlijst met de aanduiding ‘Partij van de Arbeid (P.v.d.A)’ ziet, onjuist is te achten.
w.g. Borman
voorzitter
w.g. Hazen
griffier
452