ECLI:NL:RVS:2022:3567
Raad van State
- Wraking
- C.J. Borman
- J.Th. Drop
- A.W.M. Bijloos
- C.H. Bangma
- Rechtspraak.nl
Wraking van staatsraad mr. C.J. Borman in bestuursrechtelijke procedure
Op 4 december 2022 heeft [appellant] een verzoek tot wraking ingediend bij de Raad van State, gericht tegen staatsraad mr. C.J. Borman, die betrokken was bij de behandeling van de zaak met nummer 202107453/1/A3. De wraking werd aangevraagd omdat [appellant] meende dat de staatsraad vooringenomen was, aangezien deze in het hogerberoepschrift geen aanleiding had gezien om getuigen op te roepen. De Afdeling bestuursrechtspraak heeft het wrakingsverzoek op 5 december 2022 behandeld, waarbij [appellant] via videoverbinding aanwezig was. De staatsraad heeft geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om gehoord te worden.
In de mondelinge beslissing van 5 december 2022 heeft de Afdeling het verzoek om wraking afgewezen. De Afdeling overwoog dat de beslissing om getuigen op te roepen een procesbeslissing is en dat de wrakingsprocedure niet bedoeld is om te oordelen over de inhoud van dergelijke beslissingen. De Afdeling concludeerde dat de enkele omstandigheid dat de staatsraad zich nog niet had uitgelaten over het oproepen van getuigen, niet voldoende was om te concluderen dat er sprake was van partijdigheid. De Afdeling vond geen grond voor het oordeel dat de staatsraad vooringenomen had gehandeld, en wees het wrakingsverzoek af.
De uitspraak werd gedaan door mr. J.Th. Drop als voorzitter, bijgestaan door mr. A.W.M. Bijloos en mr. C.H. Bangma als leden, en mr. G.J. Deen als griffier.