ECLI:NL:RVS:2022:2962
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot uitzetting en opvang van vreemdeling
Op 10 juni 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van een vreemdeling om een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen. De vreemdeling heeft hiertegen beroep ingesteld bij de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Middelburg. Op 23 september 2022 heeft de rechtbank het beroep ongegrond verklaard. De vreemdeling heeft vervolgens hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening, zodat hij niet zou worden uitgezet voordat er op het hoger beroep was beslist en om opvang en verstrekkingen te ontvangen.
De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 14 oktober 2022 uitspraak gedaan op het verzoek om voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft geconstateerd dat de vreemdeling een verzoek heeft ingediend om te voorkomen dat hij wordt uitgezet totdat er een beslissing is genomen op het hoger beroep. De voorzieningenrechter heeft besloten om de voorlopige voorziening toe te wijzen, met verwijzing naar eerdere jurisprudentie.
Daarnaast heeft de voorzieningenrechter de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten die de vreemdeling heeft gemaakt in verband met de behandeling van het verzoek, tot een bedrag van € 759,00, dat geheel is toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand. De uitspraak is gedaan door mr. A. Kuijer, in tegenwoordigheid van mr. P.A.M.J. Graat als griffier.