ECLI:NL:RVS:2022:2945

Raad van State

Datum uitspraak
13 oktober 2022
Publicatiedatum
13 oktober 2022
Zaaknummer
202000776/4/A2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Verschoning
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek om verschoning van staatsraad Scholten-Hinloopen in bestuursrechtelijke zaak

In de zaak met nummer 202000776/4/A2 heeft staatsraad J.A.W. Scholten-Hinloopen op 11 oktober 2022 verzocht om zich te mogen verschonen in verband met haar rol in de aanstaande behandeling van de zaak 202000776/3/A2, die op 21 oktober 2022 op zitting zal worden behandeld. Dit verzoek is gedaan om elke schijn van vooringenomenheid te voorkomen, aangezien haar echtgenoot werkzaam is bij het Ministerie van Financiën/de Belastingdienst. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 13 oktober 2022 besloten het verzoek toe te wijzen, waarbij de relevante artikelen van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) zijn ingeroepen. Artikel 8:19 van de Awb stelt dat rechters zich kunnen verschonen op basis van feiten en omstandigheden die de onpartijdigheid in gevaar kunnen brengen. De Afdeling heeft de motivering van Scholten-Hinloopen als gerechtvaardigd beschouwd en heeft het verzoek om verschoning ingewilligd. De beslissing is genomen door de voorzitter, mr. E.A. Minderhoud, en de leden mr. C.H.M. van Altena en mr. R. Uylenburg, in aanwezigheid van griffier mr. N.D.T. Pieters. De uitspraak is openbaar gedaan op 13 oktober 2022.

Uitspraak

202000776/4/A2.
Datum beslissing: 13 oktober 2022
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Beslissing op het verzoek om verschoning (artikel 8:19 van de Algemene wet bestuursrecht; hierna: de Awb) van:
mr. J.A.W. Scholten-Hinloopen
Procesverloop
Ten aanzien van zaak nr. 202000776/3/A2, die op 21 oktober 2022 op zitting zal worden behandeld, heeft staatsraad Scholten-Hinloopen, die als lid van de enkelvoudige kamer belast is met de behandeling van deze zaak, op 11 oktober 2022 het verzoek gedaan zich te mogen verschonen.
Overwegingen
1.       Ingevolge artikel 8:19, eerste lid, van de Awb kan op grond van feiten en omstandigheden als bedoeld in artikel 8:15 elk van de rechters die een zaak behandelen, verzoeken zich te mogen verschonen.
In artikel 8:15 is bepaald dat op verzoek van een partij elk van de rechters die een zaak behandelen, kan worden gewraakt op grond van feiten en omstandigheden waardoor de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden.
2.       De zaak met nummer 202000776/3/A2 die op zitting zal worden behandeld, betreft een verzet tegen de uitspraak van de Afdeling van 23 juli 2020 in de zaak met nummer 202000776/2/A2. In die zaak waren besluiten van de Belastingdienst/Toeslagen aan de orde. Staatsraad Scholten-Hinloopen heeft, om iedere schijn vooringenomenheid bij de behandeling van deze zaak te voorkomen, verzocht zich te mogen verschonen omdat haar echtgenoot werkzaam is bij het Ministerie van Financiën/de Belastingdienst.
3.       De Afdeling acht, gezien deze motivering, inwilliging van het verzoek gerechtvaardigd.
4.       Gelet op het vorenstaande, wordt het verzoek toegewezen.
Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
wijst het verzoek toe.
Aldus vastgesteld door mr. E.A. Minderhoud, voorzitter, en mr. C.H.M. van Altena en mr. R. Uylenburg, leden, in tegenwoordigheid van mr. N.D.T. Pieters, griffier.
w.g. Minderhoud
voorzitter
w.g. Pieters
griffier
Uitgesproken in het openbaar op 13 oktober 2022
473