ECLI:NL:RVS:2022:2794
Raad van State
- Voorlopige voorziening+bodemzaak
- N. Verheij
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van een verzoek om een verblijfsvergunning asiel en voorlopige voorziening
Op 12 juli 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van een vreemdeling om een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd afgewezen. De vreemdeling heeft hiertegen beroep aangetekend bij de rechtbank Den Haag, die op 8 augustus 2022 het beroep ongegrond verklaarde. De vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. M.H.K. van Middelkoop, heeft vervolgens hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening.
De staatssecretaris heeft in het hoger beroep laten weten dat de vreemdeling met onbekende bestemming is vertrokken en dat er geen contact meer is met de gemachtigde van de vreemdeling. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State concludeert hieruit dat de vreemdeling geen belang meer heeft bij een beoordeling van het hoger beroep.
Daarom verklaart de voorzieningenrechter het hoger beroep niet-ontvankelijk en wijst het verzoek om voorlopige voorziening af. De staatssecretaris hoeft geen proceskosten te vergoeden. De uitspraak is gedaan door mr. N. Verheij, voorzieningenrechter, in tegenwoordigheid van mr. M. van Wezep, griffier.