ECLI:NL:RVS:2022:1399
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening inzake last onder dwangsom opgelegd aan shisha-lounge in Leiden
Op 13 mei 2022 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak betreffende een voorlopige voorziening. De zaak betreft een verzoeker, h.o.d.n. '[bedrijf]', die in beroep ging tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Leiden. Dit college had op 28 juni 2019 een last onder dwangsom opgelegd met betrekking tot een pand in Leiden, waarin een shisha-lounge werd geëxploiteerd. De last hield in dat de ventilatiepijp van het pand moest worden verwijderd en het gebruik van het pand als shisha-lounge moest worden beëindigd binnen acht weken na verzending van het besluit, op straffe van een dwangsom. De begunstigingstermijn werd later verlengd, maar het bezwaar van de verzoeker werd ongegrond verklaard in het besluit op bezwaar van 29 januari 2020.
De rechtbank Den Haag verklaarde op 28 februari 2022 het beroep van de verzoeker ongegrond, waarna de verzoeker hoger beroep instelde en tevens verzocht om een voorlopige voorziening. Tijdens de openbare zitting op 10 mei 2022, waar de voorzieningenrechter mr. E.J. Daalder en griffier mr. S.M.W. van Ewijk aanwezig waren, werd de zaak behandeld. De voorzieningenrechter besloot dat de begunstigingstermijn van het besluit van 29 januari 2020 werd verlengd tot de datum van de uitspraak op het verzoek om voorlopige voorziening. Dit werd gedaan om te voorkomen dat de verzoeker in een onredelijke positie zou komen te verkeren, gezien de tijd die nodig zou zijn voor de uitspraak in de hoofdzaak. De voorzieningenrechter heeft de beslissing over de proceskosten uitgesteld tot de uitspraak op het verzoek.