ECLI:NL:RVS:2022:122
Raad van State
- Mondelinge uitspraak
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen inschrijving aanduiding ‘Lokaal Landsmeer’ in het register van de Kieswet
In deze zaak is het beroep gericht tegen een besluit van het centraal stembureau, dat de aanduiding ‘Lokaal Landsmeer’ heeft ingeschreven in het register, zoals bedoeld in artikel G 3, eerste lid, van de Kieswet. Dit besluit was ten behoeve van de verkiezing van de leden van de raad van de gemeente Landsmeer. De mondelinge uitspraak vond plaats op 13 januari 2022, waarbij de appellant, die dertig jaar in de raad van de gemeente Landsmeer heeft gezeten, in persoon aanwezig was. Het centraal stembureau werd vertegenwoordigd door mr. T.M. van Gorsel, en de Kiesraad door mr. R.N.A. Al.
Tijdens de zitting gaven de partijen een mondelinge toelichting en beantwoordden zij vragen. Na beraad in raadkamer werd de zitting hervat en sprak de voorzitter de beslissing uit. De Afdeling verklaarde het beroep niet-ontvankelijk. De reden hiervoor was dat de appellant te laat was met het indienen van zijn beroep tegen het eerdere besluit van 11 januari 2018, waarin de aanduiding ‘Lokaal Landsmeer’ was ingeschreven. Dit besluit heeft formele rechtskracht, wat betekent dat er geen rechtsmiddelen meer tegen kunnen worden aangewend. De aanduiding mag dus worden gebruikt voor de komende gemeenteraadsverkiezingen.
De voorzitter en de griffier waren verhinderd de uitspraak te ondertekenen, maar de uitspraak werd wel in het openbaar gedaan op dezelfde datum.