ECLI:NL:RVS:2021:1538
Raad van State
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijk verklaring van bezwaarschrift door Participatiefonds tegen Stichting Baasis
Op 14 juli 2021 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in de zaak tussen Stichting Openbaar Onderwijs Baasis en het bestuur van het Participatiefonds. Het geschil ontstond naar aanleiding van een besluit van 16 april 2020, waarbij het Participatiefonds een bezwaarschrift van Stichting Baasis niet-ontvankelijk verklaarde. Stichting Baasis had beroep ingesteld tegen dit besluit, omdat zij van mening was dat het Participatiefonds ten onrechte het bezwaarschrift had afgewezen.
De Afdeling heeft het beroep behandeld op een videozitting op 10 juni 2021, waarbij zowel Stichting Baasis als het Participatiefonds vertegenwoordigd waren. De Afdeling oordeelde dat het Participatiefonds terecht had geoordeeld dat het bezwaarschrift niet-ontvankelijk was. Dit oordeel was gebaseerd op artikel 6:5, eerste lid, onder c, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), dat vereist dat een bezwaarschrift een duidelijke omschrijving bevat van het besluit waartegen het is gericht. Het Participatiefonds had terecht gesteld dat het bezwaarschrift niet eenduidig was en dat Stichting Baasis niet had gereageerd op een eerdere brief waarin zij werd verzocht om het verzuim te herstellen.
De uitspraak concludeerde dat het beroep van Stichting Baasis ongegrond was en dat het Participatiefonds geen proceskosten hoefde te vergoeden. De uitspraak werd gedaan door mr. J.A. Hagen, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. D. Meyer-de Beer, griffier. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op 14 juli 2021.