ECLI:NL:RVS:2021:14

Raad van State

Datum uitspraak
5 januari 2021
Publicatiedatum
7 januari 2021
Zaaknummer
202007115/1/A2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen registratie politieke groepering in verkiezingsregister

Op 5 januari 2021 heeft de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak waarin een appellant beroep had ingesteld tegen een besluit van het centraal stembureau. Dit besluit, genomen op 28 december 2020, betrof de inschrijving van de politieke groepering 'EVERT!' in het register voor de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal. De appellant, die zich niet kon identificeren als belanghebbende, stelde dat hij belanghebbende was omdat hij de voornaam 'Evert' draagt. De Afdeling oordeelde dat het belang van de appellant niet rechtstreeks betrokken was bij de registratie van de aanduiding en dat hij geen belanghebbende was in de zin van artikel 1:2, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht. De Afdeling verklaarde het beroep niet-ontvankelijk. Tevens werd opgemerkt dat, indien het beroep ontvankelijk zou zijn geweest, het geen kans van slagen zou hebben gehad, omdat geen van de gronden voor afwijzing van het verzoek om inschrijving van toepassing was. De uitspraak werd gedaan na een openbare zitting waarin partijen hun standpunten toelichtten en vragen beantwoordden. De voorzitter en de griffier waren verhinderd de uitspraak te ondertekenen.

Uitspraak

202007115/1/A2.
Datum uitspraak: 5 januari 2021
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
PROCES-VERBAAL van de mondelinge uitspraak (artikel 8:67 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen:
[appellant], wonend te [woonplaats],
en
de Kiesraad, handelend als centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal,
verweerder.
Openbare zitting gehouden op 5 januari 2021 om 9.30 uur.
Tegenwoordig:
Staatsraad mr. C.H.M. van Altena, voorzitter
Staatsraad mr. N. Verheij, rapporteur
Staatsraad mr. E.A. Minderhoud, lid
mr. R.J.R. Hazen, griffier
Verschenen:
[appellant], in persoon;
de Kiesraad, vertegenwoordigd door mr. R.N.A. Al;
EVERT!, vertegenwoordigd door [gemachtigde].
Bij besluit van 28 december 2020 heeft het centraal stembureau op verzoek van de politieke groepering EVERT! de aanduiding ‘EVERT!’ ingeschreven in het register ten behoeve van de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Tegen dit besluit heeft [appellant] beroep ingesteld.
Het centraal stembureau heeft een verweerschrift ingediend.
EVERT! heeft een schriftelijke uiteenzetting ingediend.
Partijen hebben op de zitting een mondelinge toelichting gegeven en vragen beantwoord. [appellant] heeft daarbij schriftelijke aantekeningen overgelegd.
Na beraad in raadkamer is de zitting hervat en heeft de voorzitter de beslissing uitgesproken.
Beslissing:
De Afdeling verklaart het beroep niet-ontvankelijk. Daartoe overweegt zij het volgende.
Het belang van [appellant] is niet rechtstreeks betrokken bij de registratie van de aanduiding. Hij is geen belanghebbende in de zin van artikel 1:2, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht. [appellant] heeft aangevoerd dat hij belanghebbende is, omdat hij de voornaam ‘Evert’ heeft. Dit brengt geen belanghebbendheid met zich, omdat hij zich daarin niet onderscheidt van vele anderen met diezelfde voornaam.
Ten overvloede en ter voorlichting van partijen: indien het beroep ontvankelijk zou zijn geweest, zou het geen kans van slagen hebben gehad, omdat geen van de in artikel G 1, vierde lid, van de Kieswet vermelde gronden voor afwijzing van het verzoek om inschrijving hier van toepassing is.
De voorzitter is verhinderd de uitspraak te ondertekenen.
De griffier is verhinderd de uitspraak te ondertekenen.
452.