ECLI:NL:RVS:2020:750
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak tegen staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
Op 13 maart 2020 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om voorlopige voorziening. De zaak betreft een vreemdeling die een aanvraag had ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. Deze aanvraag werd door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid op 16 januari 2020 niet in behandeling genomen. De vreemdeling heeft hiertegen beroep aangetekend bij de rechtbank Den Haag, die op 17 februari 2020 het beroep gegrond verklaarde en de staatssecretaris opdroeg binnen zes weken een nieuw besluit te nemen.
De staatssecretaris heeft tegen deze uitspraak hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft de belangen van beide partijen afgewogen en besloten dat de staatssecretaris de uitspraak van de rechtbank niet hoeft uit te voeren totdat de Afdeling op het hoger beroep heeft beslist. Dit betekent dat de overdrachtstermijn wordt opgeschort vanaf de dag na de bekendmaking van de uitspraak. De voorzieningenrechter heeft bepaald dat de staatssecretaris geen proceskosten hoeft te vergoeden.
De uitspraak is openbaar gedaan op 13 maart 2020, en de voorzieningenrechter, mr. A. Kuijer, heeft de beslissing in tegenwoordigheid van griffier mr. E. de Groot vastgesteld.