ECLI:NL:RVS:2020:1899
Raad van State
- Wraking
- P.B.M.J. van der Beek-Gillessen
- J.A.W. Scholten-Hinloopen
- J.J. van Eck
- Rechtspraak.nl
Wrakingsverzoek tegen de Raad van State en de onpartijdigheid van de rechters
Op 10 augustus 2020 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan op een wrakingsverzoek van een verzoeker, dat op 27 juli 2020 was ingediend. Het verzoek betrof de toepassing van artikel 8:15 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) in de zaken met de nummers 202000960/1/R4 en 202001552/1/R4. De verzoeker stelde dat de onpartijdigheid van de rechters in het geding was en vroeg om wraking van de Voorzitter en de Vice-Voorzitter van de Raad van State, evenals de ambtenaren van staat.
De Afdeling bestuursrechtspraak heeft vastgesteld dat het verzoek betrekking had op het college als zodanig, waardoor het niet in behandeling kon worden genomen. Volgens artikel 3, lid 2, aanhef en onder c, van de Wrakingsregeling bestuursrechterlijke colleges 2013 kan een verzoek om wraking niet in behandeling worden genomen indien het betrekking heeft op het college als geheel.
Daarnaast oordeelde de Afdeling dat de verzoeker met zijn wrakingsverzoeken de bevoegdheid om wrakingsverzoeken in te dienen misbruikte. De Afdeling heeft bepaald dat een volgend verzoek om wraking met dezelfde strekking wegens misbruik niet in behandeling zal worden genomen. De beslissing om het verzoek buiten behandeling te laten werd uitgesproken in het openbaar op 10 augustus 2020.