ECLI:NL:RVS:2019:452

Raad van State

Datum uitspraak
14 februari 2019
Publicatiedatum
15 februari 2019
Zaaknummer
201901260/1/A2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Mondelinge uitspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd

Ongeldigverklaring kandidatenlijst Lokale Partijen Zuid-Holland in kieskring Rotterdam

In deze zaak heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op 14 februari 2019 uitspraak gedaan over het beroep van Lokale Partijen Zuid-Holland (LPZH) tegen het besluit van het centraal stembureau van 8 februari 2019. Dit besluit verklaarde de kandidatenlijst van LPZH in kieskring 2 (Rotterdam) ongeldig. Het beroep werd ingesteld door een persoon die namens LPZH optrad, maar het bleek dat hij niet de benodigde machtiging had overgelegd om dit te doen. De Afdeling heeft de zitting op 14 februari 2019 om 14:45 uur gehouden, waarbij de betrokken partijen aanwezig waren, waaronder het centraal stembureau en de Kiesraad.

Tijdens de zitting werd duidelijk dat de appellant, vertegenwoordigd door [persoon], niet had voldaan aan de vereisten voor het indienen van het beroep. Hij was op 12 februari 2019 gewezen op het ontbreken van de benodigde stukken en kreeg de kans om deze tot 14:00 uur op 13 februari 2019 in te dienen. Aangezien hij geen machtiging of andere documenten had overgelegd, concludeerde de Afdeling dat het beroep niet-ontvankelijk was. De uitspraak benadrukt het belang van de juiste vertegenwoordiging en de noodzaak om tijdig de benodigde documenten aan te leveren om een beroep in te dienen.

De uitspraak van de Raad van State is een belangrijke reminder voor politieke partijen en hun vertegenwoordigers over de administratieve vereisten die gelden bij het indienen van beroepen tegen besluiten van stembureaus. De beslissing om het beroep niet-ontvankelijk te verklaren, onderstreept de strikte naleving van de regels omtrent vertegenwoordiging in het bestuursrecht.

Uitspraak

201901260/1/A2.
Datum uitspraak: 14 februari 2019
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
PROCES-VERBAAL van de mondelinge uitspraak (artikel 8:67 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen:
Lokale Partijen Zuid-Holland (hierna: LPZH), gevestigd te Lisse,
appellante,
en
het centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de provinciale staten van Zuid-Holland (hierna: het centraal stembureau),
verweerder.
Openbare zitting gehouden op 14 februari 2019 om 14:45 uur.
Tegenwoordig:
Staatsraad mr. J.A. Hagen    voorzitter
Staatsraad mr. A.W.M. Bijloos    lid
Staatsraad mr. J.Th. Drop    lid
griffier: mr. M. Rijsdijk
Verschenen:
het centraal stembureau, vertegenwoordigd door [gemachtigden];
de Kiesraad, vertegenwoordigd door [gemachtigde].
Het beroep richt zich tegen het besluit van het centraal stembureau van 8 februari 2019, waarbij de kandidatenlijst met de aanduiding 'Lokale Partijen Zuid Holland (LPZH)’ in kieskring 2 (Rotterdam) ongeldig is verklaard.
Beslissing:
De Afdeling verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Gronden:
-    [persoon] heeft beroep ingesteld namens LPZH. Bij brief van 12 februari 2019 is hij erop gewezen dat stukken waaruit blijkt dat hij gemachtigd is het beroepschrift namens LPZH in te dienen, ontbreken. Hij is tot 14:00 uur op 13 februari 2019 in de gelegenheid gesteld om deze stukken alsnog in te dienen. Daarbij is vermeld dat als hij van die gelegenheid geen gebruik maakt, hij er rekening mee moet houden dat het beroep niet-ontvankelijk wordt verklaard. [persoon] heeft geen machtiging of andere stukken overgelegd, waaruit de gestelde vertegenwoordiging blijkt.
w.g. Hagen    w.g. Rijsdijk
voorzitter    griffier
705.