Uitspraak
Datum uitspraak: 27 november 2019
BESTUURSRECHTSPRAAK
voorzitter griffier
Raad van State
In deze zaak heeft de Raad van State op 27 november 2019 uitspraak gedaan in het hoger beroep van Sauna Drôme Onroerend Goed B.V. tegen de weigering van het college van burgemeester en wethouders van Putten om een omgevingsvergunning te verlenen voor de bouw van een kelosauna op het perceel Tolweg 13 te Putten. Het college had op 28 november 2017 besloten om de vergunning te weigeren, omdat het bouwplan in strijd zou zijn met het bestemmingsplan. Sauna Drôme betoogde dat de rechtbank ten onrechte had overwogen dat het bouwplan in strijd was met het bestemmingsplan en dat de bestaande bebouwing positief was bestemd. De rechtbank had eerder het beroep van Sauna Drôme ongegrond verklaard, wat leidde tot het hoger beroep bij de Raad van State.
De Raad van State oordeelde dat de rechtbank terecht had vastgesteld dat het bouwplan in strijd was met het bestemmingsplan. De Afdeling bestuursrechtspraak stelde vast dat de grotsauna, waarop de kelosauna zou worden gebouwd, in strijd was met het bestemmingsplan. Dit betekende dat de kelosauna ook niet gerealiseerd kon worden. De Afdeling benadrukte dat de tekst van het bestemmingsplan leidend is en dat de bedoeling van de planwetgever in dit geval geen betekenis heeft. De Afdeling bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat het college in redelijkheid had kunnen besluiten om de omgevingsvergunning te weigeren, gezien de negatieve ruimtelijke impact van het bouwplan en de toename van de gebruiksvloeroppervlakte.
De uitspraak bevestigt de noodzaak voor een zorgvuldige afweging van de belangen bij het verlenen van omgevingsvergunningen en de strikte naleving van bestemmingsplannen. De Raad van State concludeerde dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling.