ECLI:NL:RVS:2019:1925
Raad van State
- Wraking
- J.E.M. Polak
- N. Verheij
- J.Th. Drop
- J.A.W. Scholten-Hinloopen
- D.A.C. Slump
- A. Kuijer
- N.D.T. Pieters
- Rechtspraak.nl
Wraking van de Raad van State door de Partij Voor Alle Zaken
Op 17 juni 2019 heeft de Partij Voor Alle Zaken (PVAZ) een verzoek tot wraking ingediend tegen de Raad van State, waarbij zij zich richtte tegen alle leden van de Raad. Dit verzoek werd elektronisch verzonden en ingekomen bij de Raad van State. De PVAZ was vertegenwoordigd door een gemachtigde en verwees naar een eerdere zaak met nummer 201904021/1. De staatsraden die belast waren met de behandeling van deze zaak waren mr. J.E.M. Polak, mr. N. Verheij en mr. J.Th. Drop.
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft in haar overwegingen gesteld dat het verzoek om wraking niet in behandeling kan worden genomen, omdat het verzoek zich richt tegen het college als geheel en niet tegen individuele rechters. Artikel 8:15 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) stelt dat een wrakingsverzoek moet zijn gebaseerd op feiten of omstandigheden die de onpartijdigheid van een specifieke rechter in gevaar kunnen brengen. Aangezien het verzoek van de PVAZ gericht was tegen de Raad van State als geheel, werd het niet aangemerkt als een geldig wrakingsverzoek.
De Afdeling heeft bovendien geoordeeld dat de PVAZ misbruik maakt van de mogelijkheid om wrakingsverzoeken in te dienen. Daarom werd besloten dat een volgend wrakingsverzoek van de PVAZ in deze zaak niet in behandeling zal worden genomen. De beslissing werd openbaar uitgesproken op dezelfde datum, 17 juni 2019, en werd vastgesteld door de voorzitter en de leden van de Afdeling, in aanwezigheid van de griffier.