ECLI:NL:RVS:2019:1913
Raad van State
- Mondelinge uitspraak
- N. Verheij
- S.C. van Tuyll van Serooskerken
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen uitspraak rechtbank Noord-Holland inzake handhaving veiligheid Vliegveld Hilversum
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Holland van 2 oktober 2018, waarbij het beroep tegen het besluit van 26 januari 2018 ongegrond is verklaard. Het betreft een verzoek om handhaving van de veiligheid rond Vliegveld Hilversum. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 7 juni 2019 de mondelinge uitspraak gedaan. De appellanten, [appellant A] en [appellant B], hebben in persoon de zitting bijgewoond, terwijl het college van gedeputeerde staten van Noord-Holland werd vertegenwoordigd door mr. drs. J.L. Damen.
De Afdeling heeft overwogen dat er geen bevoegdheid bestaat voor het college om handhavend op te treden tegen de manier waarop piloten vliegen van en naar baan 31 van het vliegveld Hilversum. De contouren en grenswaarden die in het Luchthavenbesluit Hilversum zijn opgenomen, zijn niet ter discussie gesteld in deze procedure. De Afdeling concludeert dat de minister bevoegd zou moeten zijn om op te treden in gevallen waarin de obstakelvrijezone onjuist is vastgesteld. Het hoger beroep is ongegrond verklaard, en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak bevestigt de eerdere beslissing van de rechtbank en biedt duidelijkheid over de bevoegdheden van het college in relatie tot de handhaving van de veiligheid rondom het vliegveld.