Uitspraak
201902701/2/A3.
Datum uitspraak: 9 mei 2019
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb)) hangende het hoger beroep van:
de burgemeester van Rotterdam,
verzoeker,
tegen de uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank Rotterdam (hierna: de rechtbank) van 20 maart 2019 in zaak nr. 19/717 in het geding tussen:
Heilzaam B.V. en [wederpartij]
en
de burgemeester.
Procesverloop
Bij besluit van 9 maart 2018 heeft de burgemeester geweigerd om [wederpartij] als beheerder bij te schrijven op de beheerdersbijlage van de ten behoeve van coffeeshop 'The Reef' (hierna: 'The Reef') afgegeven exploitatievergunning.
Bij besluit van 15 januari 2019 heeft de burgemeester de door Heilzaam en [wederpartij] daartegen gemaakte bezwaren ongegrond verklaard.
Bij uitspraak van 20 maart 2019 heeft de rechtbank het door Heilzaam en [wederpartij] daartegen ingestelde beroep gegrond verklaard, het besluit van 15 januari 2019 vernietigd en bepaald dat de uitspraak in de plaats treedt van het vernietigde besluit en dat dit inhoudt dat de door Heilzaam en [wederpartij] gemaakte bezwaren gegrond worden verklaard en de burgemeester opgedragen [wederpartij] als beheerder bij te schrijven op de beheerdersbijlage van de ten behoeve 'The Reef' afgegeven exploitatievergunning.
Tegen deze uitspraak heeft de burgemeester hoger beroep ingesteld.
Tevens heeft de burgemeester de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
Heilzaam en [wederpartij] hebben een schriftelijke uiteenzetting gegeven.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek ter zitting behandeld op 25 april 2019, waar de burgemeester, vertegenwoordigd door mr. I.M. van der Heijden, advocaat te Den Haag, en mr. S. Bruens, en Heilzaam, vertegenwoordigd door haar [directeur] en [wederpartij], bijgestaan door mr. I.A. Kamans, advocaat te Rotterdam, zijn verschenen.
Overwegingen
1. Het oordeel van de voorzieningenrechter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.
2. 'The Reef' wordt geëxploiteerd door Heilzaam, waarvan [directeur] directeur is.
3. De burgemeester wil met het verzoek bereiken dat hij hangende de hoofdzaak niet is verplicht om uitvoering te geven aan de opdracht van de rechtbank om [wederpartij] als beheerder bij te schrijven op de beheerdersbijlage van de ten behoeve van 'The Reef' afgegeven exploitatievergunning.
4. Heilzaam en [wederpartij] voeren aan dat de burgemeester van hen niet tot uitvoering van de opdracht hoeft over te gaan zolang geen uitspraak is gedaan in de hoofdzaak, zodat spoedeisend belang ontbreekt. Zij wijzen erop dat in deze zaak principiële vragen aan de orde zijn waarover door de Afdeling in de hoofdzaak zal moeten worden beslist en zij zullen voorafgaand aan die uitspraak niet om uitvoering van de uitspraak van de rechtbank vragen.
5. Niet in geschil is dat het [wederpartij] niet is toegestaan om als beheerder werkzaamheden voor 'The Reef' te verrichten zolang hij niet op de beheerdersbijlage van de ten behoeve van 'The Reef' afgegeven exploitatievergunning is bijgeschreven. Ter zitting van de voorzieningenrechter is komen vast te staan dat beide partijen bepleiten dat de burgemeester hangende de bodemprocedure geen uitvoering behoeft te geven aan de in de aangevallen uitspraak aan hem gegeven opdracht om tot bijschrijving van [wederpartij] over te gaan. Hierover bestaat dus overeenstemming tussen partijen. Nu de burgemeester op zich gehouden is om aan een rechterlijke uitspraak uitvoering te geven, ziet de voorzieningenrechter bij deze stand van zaken aanleiding om bij wijze van voorlopige voorziening als ordemaatregel te bepalen dat de burgemeester hangende de bodemprocedure niet tot bijschrijving van [wederpartij] behoeft over te gaan. In de omstandigheden van dit geval ziet de voorzieningenrechter verder aanleiding om te bevorderen dat de behandeling van de hoofdzaak ter zitting wordt bespoedigd.
6. Het verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening wordt als volgt ingewilligd.
7. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Beslissing
De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
bepaalt bij wijze van voorlopige voorziening dat de burgemeester van Rotterdam hangende de hoofdzaak niet tot bijschrijving van [wederpartij] op de beheerdersbijlage van de ten behoeve van coffeeshop ‘The Reef’ afgegeven exploitatievergunning behoeft over te gaan.
Aldus vastgesteld door mr. J.A.W. Scholten-Hinloopen, voorzieningenrechter, in tegenwoordigheid van mr. W.J.C. Robben, griffier.
w.g. Scholten-Hinloopen w.g. Robben
voorzieningenrechter griffier
Uitgesproken in het openbaar op 9 mei 2019
610.