ECLI:NL:RVS:2018:789
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening inzake bestemmingsplan Borger met betrekking tot agrarisch perceel aan de Strengenweg
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op 1 maart 2018 uitspraak gedaan over een verzoek om een voorlopige voorziening met betrekking tot het bestemmingsplan 'Borger'. Dit bestemmingsplan, vastgesteld door de raad van de gemeente Borger-Odoorn op 7 september 2017, maakt bebouwing mogelijk op een agrarisch perceel aan de Strengenweg te Borger. De verplaatsing van een akkerbouwbedrijf van de heer [partij] uit de kern van Borger naar dit perceel is de aanleiding voor het verzoek van [verzoeker] en anderen, die in de nabijheid wonen en vrezen voor negatieve gevolgen van deze verplaatsing.
De voorzieningenrechter overweegt dat het oordeel in deze voorlopige voorziening niet bindend is voor de bodemprocedure. De verzoekers betogen dat het gebruik van het perceel voor opslagdoeleinden schadelijk is voor de omliggende melkveehouderijen en dat het toevoegen van een bouwvlak van 1 ha in strijd is met de Provinciale Omgevingsverordening Drenthe en de gemeentelijke structuurvisie. De voorzieningenrechter concludeert echter dat er geen aanleiding is om te veronderstellen dat het bestemmingsplan een structureel negatief effect heeft op de agrarische sector en dat de belangen van de verzoekers niet zwaarder wegen dan de belangen van de raad en de ontwikkeling van de agrarische sector.
Uiteindelijk wijst de voorzieningenrechter het verzoek om een voorlopige voorziening af, met de overweging dat er geen onverwijlde spoed is die dit zou vereisen. De voorzieningenrechter ziet geen reden voor een proceskostenveroordeling.