ECLI:NL:RVS:2018:642

Raad van State

Datum uitspraak
27 februari 2018
Publicatiedatum
28 februari 2018
Zaaknummer
201801420/1/A2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Mondelinge uitspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen besluit verwijdering dossier uit kiezersbestand

In deze zaak heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op 27 februari 2018 uitspraak gedaan in het beroep van [appellant] tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Den Haag. Het beroep richtte zich tegen het besluit van 12 februari 2018, waarbij werd bevestigd dat het dossier van [appellant] was verwijderd uit het kiezersbestand. De openbare zitting vond plaats op 27 februari 2018 om 14:30 uur, waar de betrokken partijen aanwezig waren, waaronder de vertegenwoordigers van het college en de Kiesraad.

De Afdeling heeft het beroep van [appellant] niet-ontvankelijk verklaard. De gronden voor deze beslissing waren dat [appellant] griffierecht verschuldigd was voor het door hem ingediende beroep. Hij was bij brief van 19 februari 2018 op de hoogte gesteld van deze verplichting en er was hem een termijn gesteld om het griffierecht te voldoen. Tot op heden was het bedrag echter niet op de rekening van de Raad van State bijgeschreven, noch was het contant betaald op het adres van de Raad van State. De Afdeling concludeerde dat er geen feiten of omstandigheden waren die erop wezen dat [appellant] niet in verzuim was geweest.

De uitspraak werd gedaan door de voorzitter, Staatsraad mr. C.J. Borman, en de leden Staatsraad mr. H.G. Lubberdink en Staatsraad mr. E.J. Daalder, met mr. M. Rijsdijk als griffier. De beslissing benadrukt het belang van het tijdig voldoen aan griffierechten in bestuursrechtelijke procedures.

Uitspraak

201801420/1/A2.
Datum uitspraak: 27 februari 2018
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
PROCES-VERBAAL van de mondelinge uitspraak (artikel 8:67 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen:
[appellant], wonend te [woonplaats],
en
het college van burgemeester en wethouders van Den Haag,
verweerder.
Openbare zitting gehouden op 27 februari 2018 om 14:30 uur.
Tegenwoordig:
Staatsraad mr. C.J. Borman    voorzitter
Staatsraad mr. H.G. Lubberdink    lid
Staatsraad mr. E.J. Daalder    lid
griffier: mr. M. Rijsdijk
Verschenen:
Het college van burgemeester en wethouders van Den Haag, vertegenwoordigd door F.J.J.M. Andriessen;
de Kiesraad, vertegenwoordigd door mr. R.N.A. Al.
Het beroep richt zich tegen het besluit van het college van 12 februari 2018, waarbij is bevestigd dat het dossier van [appellant] is verwijderd uit het kiezersbestand.
Beslissing:
De Afdeling verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Gronden:
-    [appellant] is voor het door hem ingediende beroep griffierecht verschuldigd. Bij brief van 19 februari 2018 is hij daarop gewezen en is hem daarvoor een termijn gesteld.
-    Het bedrag is tot op heden niet op de rekening van de Raad van State bijgeschreven of contant op het adres van de Raad van State betaald.
-    Niet is gebleken van feiten of omstandigheden, op grond waarvan redelijkerwijs niet kan worden geoordeeld dat [appellant] in verzuim is geweest.
w.g. Borman    w.g. Rijsdijk
voorzitter    griffier
705.